Legmeerplassen: verschil tussen versies

Oorspronkelijk, rond het jaar 1000, lagen in het gebied een aantal kleine veenstroompjes die het water van de veengronden afvoerde naar de [[Amstel (rivier)|Amstel]]. In het gebied tussen Amstelveen, Uithoorn en Aalsmeer vond tussen de 15e en de 18e eeuw op vrij grote schaal [[vervening]] plaats waarbij het [[Veen (grondsoort)|veen]] werd afgegraven en werd gedroogd tot [[turf (brandstof)|turf]] om te worden gebruikt als brandstof. In het begin werd het veen afgegraven tot aan het grondwaterpeil maar later werd er op grootschalige schaal afgegraven waarbij de veenstroompjes steeds groter werden. Door deze afgraving maar ook door wind en gebrekkig toezicht kwam er steeds meer oeverafslag en ontstonden grote waterplassen die een bedreiging vormde voor de dijken, wegen en de bebouwing. In de loop der tijd werd de wateroverlast in het Amstelland steeds groter en werden steeds meer plassen en meertjes drooggelegd.

 

 

{{Appendix|1=Bronnen|2=