Algemene relativiteitstheorie: verschil tussen versies
Verwijderde inhoud Toegevoegde inhoud
verkeerde datum voor de originele publicatie |
verouderde en nieuwe theorie |
||
Regel 111:
[[Categorie:Kosmologie]]
[[Categorie:Albert Einstein]]
----------------------------------------
De algemene relativiteitstheorie heeft als basis het equivalentieprincipe, maar dat deugt niet. Want een lading in een gravitatieveld zendt geen straling uit terwijl dat wel het geval is bij versnelling in een non-inertiaal stelsel. Voorts is het niet juist dat restmassa gelijk blijft; immers zal een wolk van deeltjes door onderlinge aantrekking comprimeren en de snelheden nemen dan toe. Om het totale impulsmoment gelijk te houden moet dan de restmassa afnemen. Een foton passeert massa volgens het beginsel van least action en tracht dit te doen met zo groot mogelijke stappen (oscillaties met lage frequentie) en een minimum daarvan. Vanwege die lage frequentie moet het passeren door een zone waar de tijd langzamer verloopt dan nabij massa dus, vanwege de paraboolbaan van het foton. Bij massa wordt de lengtemaat kleiner en atomen krimpen. Zo wordt de frequentie van emitterende electronen hoger ofwel gaat de seconde sneller. Tijd is niet iets abstracts zoals gehanteerd in de algemene relativiteitstheorie maar is gebonden aan fysische processen en wordt daaraan gemeten.
Licht wordt richting grens van het heelal uiteraard vertraagd door de achterliggende massa en c zal uiteindelijk nul zijn. Daar heerst volgens Vasily Yanchilin een volkomen kwantum mechanische toestand van onbepaaldheid; alles verliest richting en snelheid. Gelet op de veranderende lichtsnelheid dient de supernova Ia meetlat gecorrigeerd te worden en dan verdwijnt versnelde uitdijing van het heelal. Het 1919 experiment wordt nu verklaard met toevoeging van verandering der potentiaal in interne energie volgens de formule van Einstein energie = massa x kwadraat c (totaal 2mgh, waarvan de helft minieme verandering van de enorme totale inwendige energie). Newton en Einstein gaven slechts kwantitatieve beschrijvingen van de zwaartekracht. De algemene relativiteitstheorie is wiskundig van aard en voldoet slechts als meespelende factoren weinig varieren. Merk op dat stilstand van de tijd nabij een zogenaamd zwart gat niet harmonieert met het snelle verloop van de processen rond de uiterst geconcentreerde Big Bang. Dat deze laatste uit een punt zou zijn ontstaan is eveneens een mathematisch concept, want in de natuurkunde bestaat een punt niet omdat het geen afmetingen heeft. Nu de nieuwe theorie over de zwaartekracht, welke Yanchilin ziet als een puur kwantum mechanisch gebeuren. Honderd jaar geleden kende men nog geen kwantum mechanica en Einstein nam constante lichtsnelheid slechts aan als voorlopige werkhypothese. Reflecteer over electriciteit en magnetisme, over electro-magnetische straling. Indien massa de Heisenberg onzekerheid reduceert (hypothese, en besef dat aan de grens van het heelal de invloed van de massa nul is) dan zullen er in de helft van een deeltje het dichtst bij een externe massa minder kwantum mechanische overgangen naar de verste helft zijn dan omgekeerd. Het netto resultaat is verplaatsing van het deeltje in de richting van de externe massa. Een kwalitatieve verklaring derhalve!
Jan Jitso Keizer, mijn email adres is janjitso hotmail. Wordt het geen tijd dat de mensen van Wikipedia Yanchilin's boek lezen en daar commentaar op geven?
| |||