Explosiediagram: verschil tussen versies

Een [[Brand (vuur)|brand]] bestaat uit 3 elementen (vuurdriehoek[[branddriehoek]]):

* Een [[brandstof|brandbare stof]]

*[[Dizuurstof|Zuurstofgas]]

*[[Warmte]]/ontsteking (Bijvoorbeeld: een vonk)

Neem één van deze 3 elementen weg en een [[vuur]] kan zich niet ontwikkelen of een bestaande [[Brand (vuur)|brand]] zal uitdoven.

Een vloeistof of een vaste stof kan zelf niet branden. Ze branden pas als ze opgewarmd worden en brandbare gassen gaan afstoten, [[Pyrolyse|pyrolysische]] gassen genaamd. Het zijn deze [[Pyrolyse|pyrolysische]] gassen die branden. Elke brand is dus een [[Brandklasse|gasbrand]]. Een brand heeft de juiste concentratie brandbare gassen en zuurstof nodig om te kunnen blijven branden.

*[[Explosiegrens|LEL (lower explosive limit – onderste explosielimiet)]]: de minimum concentratie aan brandbare gassen in lucht waaronder geen ontsteking zal plaatsvinden. Onder de LEL is er te weinig brandbaar materiaal om een brandbaar mengsel te hebben.

*[[Explosiegrens|UEL (upper explosive limit – bovenste explosielimiet)]]: de maximum concentratie aan brandbare gassen in lucht waarboven geen ontsteking zal plaatsvinden. Boven de UEL is er te veel brandbaar materiaal en te weinig zuurstuf om een brandbaar mengsel te hebben.

*[[Volumeprocent]]: een hoeveelheid gas in een ruimte uitgedrukt in procent van het totale volume. De LEL, UEL en MOC worden uitgedrukt in volumeprocenten.

*[[Inert gas|Inerteren]]: Een ruimte vullen met een niet brandbaar gas, bijvoorbeeld stikstofgas, om zo de zuurstofconcentratie zo laag mogelijk te houden. Volgens de FSS code (Fire Safety Appliances code) van de [[SOLAS]] (Safety Of Life At Sea) is een tank inert als die minder dan 8% zuurstofgas bevat. In een inerte tank is er niet genoeg zuurstof om te kunnen ademen. Een inerte tank moet dan ook altijd betreden worden met een [[persluchttoestel]].

*[[ontgassen|Ventileren]]: Een ruimte vullen met [[lucht]] (21% [[zuurstofgas]], 78% [[stikstofgas]] en 1% andere gassen).