Geschiedenis van de Joden in Frankrijk: verschil tussen versies

Verwijderde inhoud Toegevoegde inhoud
k clean up, replaced: Terzelfdertijd → Tezelfdertijd (2), typos fixed: vice-president → vicepresident, Israeli → Israëli, tweede wereldoorlog → Tweede Wereldoorlog, beinvloed → beïnvloed, geinstalleerd → geïnstal met AWB
Fix referenties, oplossing foutmelding
Regel 256:
Tijdens de volkstelling van 1866 telde Frankrijk 90.000 Joden waarvan 36.000 in de Elzas. Dit waren er ongeveer twee keer zoveel als in het begin van de 19de eeuw. Deze cijfers zijn vrij betrouwbaar omdat men tijdens deze tellingen aan de ondervraagden specifiek vroeg naar hun geloofskeuze. Het verlies van de Elzas aan Duitsland na de [[Frans-Duitse oorlog]] van 1870 bekende een zware slag voor de Joden in Frankrijk. De volkstelling van 1872 telde slechts nog 49.000 Joden. Hieronder 15.000 Joden die de Elzas ontvlucht waren na de inlijving bij het Duitse keizerrijk, ze kozen voor de vrijheden en zekerheden in Frankrijk. Schattingen van kerkelijke overheden hebben het over 60.000 Franse Joden in 1882 en 71.000 in 1897. Daarnaast daalde de Joodse aanwezigheid in de Elzas van 41.000 tot 32.000 in 1900. <ref >{{fr}} ''Histoire des Juifs en France'', hoofdstuk 3 (6,1), Bernhard Blumenkranz, uitgeverij Privat, 1972</ref>
 
Het verlies van Elzas tekende de verdere evolutie van de Franse Joden. Vooral in het Oosten maar ook in andere regio’s verlieten de Joden de kleinere steden en dorpen om zich – meer geconcentreerd- te vestigen in grote steden met Parijs als grootste aantrekkingspool. Tezelfdertijd gaven ze bepaalde traditionele activiteiten op, zoals de thuisverkoop in Elzas om handelaar te worden of een vrij beroep uit te oefenen. Er werd minder belang gehecht aan de geloofspraktijk. Het waren eerder uitzonderingen die naast hun commerciële of financiële activiteiten nog de nodige aandacht hadden voor hun geloofsgemeenschap, zoals de familie Rotschild die een stichting in stand hield die voorzag in het onderhoud van joodse scholen en synagoges. <ref >{{fr}} '' Etre juif dans la société Française '', blz. 342, Béatrice Philippe, 1979, uitgeverij Montalbe, ISBN 2-8587-0017-6</ref>
Niettegenstaande de 19de eeuw niet ongunstig was voor de Joodse samenleving in Frankrijk waren er toch die het slachtoffer waren van [[Antisemitisme|antisemitische]] acties. <ref name>{{fr}} ''Histoire des Juifs en France'', p. 342), Bernhard Blumenkranz, uitgeverij Privat, 1972</ref> Een fenomeen dat zich naar het einde van de 19de eeuw steeds harder manifesteerde.
 
===De ontwikkeling van het antisemitisme===
Regel 272:
 
De Joden waren niet massaal in opstand gekomen om Dreyfus te verdedigen. [[Léon Blum]] (Parijs, 9 april 1872 – Jouy-en-Josas, 30 maart 1950) schreef in zijn memoires: “Het overheersende gevoel kan je als volgt samenvatten: het was iets waarin de Joden zich niet wilden mengen. ''<ref>{{citeer boek|achternaam = Philippe |voornaam = Béatrice | datum = 1979|titel=être juif dans la société française (pg 184) |uitgever=Montalba|bezochtdatum = 20/01/2015|isbn=2-8587-0017-6|taal = fr}}</ref>
De joodse instellingen bemoeiden zich niet met deze zaak, enkel de groot-rabbijn van Frankrijk Zadoc Kahn uitte protest.<ref name = blum354>{{citeer boek|achternaam = Blumenkranz |voornaam = Bernard | datum = 1972|titel=Histoire des juifs en France (pg 354) |uitgever=Privat|bezochtdatum = 20/01/2015|taal = fr}}</ref> Toch waren er Joodse persoonlijkheden die telkens ageerden tegen de manier waarop Dreyfus behandeld werd, waaronder [[Bernard Lazare]] (Nîmes, 15 juni 1865 – Parijs, 1 september 1903) die in 1896 de brochure schreef “Een gerechtelijke fout, de waarheid over de zaak-Dreyfus”. Ook de Franse politicus en schrijver Joseph Reinach (Parijs, 30 september 1856 – aldaar, 18 april 1921) bekritiseerde deze rechtsgang en schreef in de periode 1898 – 1901 diverse werken over deze zaak. <ref name = blum354/>
 
===De Franse Joden en het zionisme ===