Joop den Uyl: verschil tussen versies

Verwijderde inhoud Toegevoegde inhoud
Toonzetter (overleg | bijdragen)
Toonzetter (overleg | bijdragen)
Regel 46:
==Politiek==
[[Bestand:Verkiezingscampagne voor de Tweede Kamer.ogv|left|{{largethumb}}|[[Polygoon-journaal]]-impressie van de [[verkiezingscampagne]]s voor de [[Tweede Kamerverkiezingen 1977|Tweede Kamerverkiezingen van 1977]]. Joop den Uyl op campagne voor de [[Partij van de Arbeid (Nederland)|PvdA]] (van 3:33 tot 5:02.]]
In 1953 werd Den Uyl [[gemeenteraadslid|lid van de gemeenteraad]] van [[Amsterdam (gemeente)|Amsterdam]]. Dat zou hij blijven tot 1965. In 1956 werd hij tevens lid van de [[Tweede Kamer der Staten-Generaal]] (tot 1963). Als [[wethouder]] voor Economische Zaken van de gemeente Amsterdam (1963-1965) was Den Uyl voorstander van grootschalige projecten. De twee projecten waar hij zich het sterkst voor inzette, waren de creatievorming van de nieuwe stadswijk Bijlmer en de vestiging van petrochemische industrie in Amsterdam. Dit laatste lukte niet. Na een periode als wethouder werd hij [[minister]] van [[Ministerie van Economische Zaken (Nederland)|Economische Zaken]] in het [[kabinet-Cals]]. In deze functie hield hij op 17 december 1965 een historische toespraak in de stadsschouwburg van [[Heerlen]], waarin hij de sluiting van alle Nederlandse [[steenkool|steenkolen]]mijnen aankondigde. Zijn belofte was dat er geen mijn dicht zou gaan, voordat iedereen vervangend werk had gevonden. Van die belofte kwam weinig terecht.
 
Omdat [[Anne Vondeling]] zich impopulair had gemaakt als minister van Financiën werd Den Uyl aangewezen als de nieuwe lijsttrekker bij de vervroegde [[Tweede Kamerverkiezingen 1967]], die volgden op de [[Nacht van Schmelzer]]. De PvdA verloor 6 zetels en belandde in de oppositie.