Duitse aanval op Nederland in 1940: verschil tussen versies

Verwijderde inhoud Toegevoegde inhoud
CvHee (overleg | bijdragen)
Geen bewerkingssamenvatting
Regel 210:
De tweede aanvalsgolf was sterker, maar vond de landingsbaan versperd door Duitse wrakken uit de eerste landingsgolf. De derde landingsgolf kampte ook met dit probleem. Gedeeltelijk werd getracht toch op het vliegveld te landen, gedeeltelijk werd uitgeweken naar de rijksweg Den Haag – Rotterdam. Toen ook de rijksweg bezaaid lag met wrakken, weken de Duitse toestellen uit naar de weilanden rond [[Rijswijk (Zuid-Holland)|Rijswijk]], [[Delft]] en [[Wateringen]]. Vanuit [[Delft]] werden ze beschoten door stukken luchtdoelgeschut die de [[Koninklijke Nederlandsche Gist- en Spiritusfabriek]] in Zwitserland had aangeschaft ter verdediging van de fabriek. Deze stukken luchtdoelgeschut hebben gedurende de gehele slag dienst gedaan.
 
In de middag wisten de Nederlandse troepen de Duitse eenheden geleidelijk aan terug te dringen en het vliegveld te heroveren. Vele honderden Duitsers werden gevangengenomen, en ruim 100 warenzijn gesneuveld. De Nederlanders zelf verloren bij het vliegveld zelf ook ruim 100 man.
 
Toen generaal [[Henri Winkelman|Winkelman]] van de opeenvolgende luchtlandingen hoorde, stelde hij het eerste legerkorps ter beschikking van de Commandant [[Vesting Holland]], de luitenant-generaal [[Jan van Andel|Van Andel]]. Hiermee was de strategische reserve van het Nederlandse leger niet meer beschikbaar voor inzet bij de [[Grebbeberg]] of voor verdediging van de oostgrens van de waterlinie ([[Vesting Holland]]). Het merendeel van de Duitse troepen moest in [[man-tegen-mangevecht]]en worden overwonnen. Hoewel de uitslag van de strijd rond de residentie aan het eind van de eerste dag vaststond, duurde de strijd tegen geïsoleerde elementen tot aan de capitulatie; sommige groepjes Duitse soldaten boden hardnekkig weerstand. In Valkenburg en Overschie slaagden zij erin zich te handhaven.