De Bezige Bij: verschil tussen versies

Verwijderde inhoud Toegevoegde inhoud
Oskardebot (overleg | bijdragen)
kGeen bewerkingssamenvatting
fix driedubbele redirect
Regel 35:
Lubberhuizen kwam ook in contact met De Algemene Vrije Illegale Drukkerij (D.A.V.I.D), een project van Dick van Veen en Jo Pellicaan uit de kring van ''Vrij Nederland''. De Duitsers hadden van een drukker diens drukmachines gevorderd en om nog iets te redden werd besloten enkele machines elders onder te brengen, namelijk aan de Spuistraat 28, welk adres met instemming van Marten Toonder, van de nabijgelegen filmstudio, werd voorzien van het opschrift Hulpstudio 2 Marten Toonder Films. Er was dus geen sprake van een legale drukkerij die ook illegaal werk drukte, maar de hele drukkerij was illegaal. Het adres werd geheim gehouden en Lubberhuizen was de enige die het zomaar vond.<ref>Roegholt (1972), 58-60</ref> In de hongerwinter werd hier ''De stilte der zee'' gedrukt op een handpers. Ook verscheen er een kleine serie, drie rijmprenten en het boekje ''Dagboek onder het kruis'' van W.A.P. Smit, die de naam D.A.V.I.D.-reeks kreeg.
 
De Bezige Bij had niet alleen te maken met beslommeringen die met de oorlog samenhingen, maar ook met kwesties die in alle tijden karakteristiek zijn voor een uitgeverij, zoals de beoordeling van aangeboden manuscripten, het maken van prijsstellingen, problemen met drukkers en binders. Ook werden manuscripten voor na de oorlog bewaard en nog hetzelfde jaar werden plannen gemaakt voor de voortzetting van de uitgeverij na de oorlog, het ''Plan voor de Coöperatieve Uitgeverij De Bezige Bij in hoofdlijnen''. Naast het opstellen van statuten was het zaak geld opzij te zetten als bedrijfskapitaal en tegelijk de doelstelling van de uitgeverij niet te corrumperen. Daarom verschenen onder een imprint twee illegale uitgaven. Onder de uitgeversnaam De Doezende Dar werd ''W.A.-man'' van [[Theun de Vries]] (onder de naam M. Swaertregen) gepubliceerd, een novelle over een NSB'er. Bij De Weduwe de Bije verscheen ''Het raadsel van Arend en Hendrik Goudt'' door [[Derk Hoek]] (onder de naam [[Jan Jacob ten Hove|Jan Jacob Ten Hove]]). Deze twee zeer dure titels leverden na aftrek van kosten 25.000 gulden op.
 
Onder leiding van Sjoerd Leiker werd in 1944 aan een tijdschrift gewerkt, ''Voorpost'', waarvan de geschiedenis ontmoedigend aandoet. Er waren veel tegenstellingen tussen de redactieleden. Zo stond Leiker een tijdschrift voor ogen dat open stond voor jong en oud, terwijl redactielid Koos Schuur liever een blad publiceerde dat alleen jonge auteurs een podium zou bieden. In december werd het eerste nummer vervaardigd door de drukkerij van Fokke Tamminga in Den Haag en per zolderschuit naar Amsterdam verstuurd. Maar in Leiden nam de Duitse politie de zending in beslag. Hierop werd een tweede editie gedrukt, maar het zetsel daarvan belandde in de gracht toen de politie de zetterij binnenviel.<ref>Calis (1999), 29</ref>