Penitentiaire Inrichting Wolvenplein: verschil tussen versies

Verwijderde inhoud Toegevoegde inhoud
Geen bewerkingssamenvatting
Geen bewerkingssamenvatting
Regel 14:
De Utrechtse gevangenis kreeg een kruisvormige plattegrond naar ontwerp van [[Isaäc Warnsinck|I. Warnsinck]] en de ingenieur van Waterstaat J. Fijnje. Het cellenblok werd omsloten door een muur en een voorgevel met daarin woningen voor het personeel. <ref>Warnsinck was tevens verantwoordelijk voor de Amsterdamse gevangenis, die ook op een bolwerk werd gebouwd en een kruisvormige plattegrond heeft. Die gevangenis had hij samen met de ingenieur van Waterstaat Van Gendt ontworpen. Het ontwerp voor de Amsterdamse gevangenis vertoonde sterke gelijkenis met een Engelse gevangenis die ze eerder ter plekke hadden bestudeerd: de [[:en:Pentonville (HM Prison)|HM Prison Pentonville]].</ref>
 
De gevangenis op Wolvenburg heeft een centrale hal (het vlak), van waaruit het toezicht plaatsvond op de drie vleugels waarin de gevangenen individueel in hun [[Gevangeniscel|cel]] waren ondergebracht. Twee van de drie vleugels waren bestemd voor mannen (117 personen), de derde vleugel kende 19 cellen voor vrouwelijke gevangenen. Aan het eind van iedere drie verdiepingen hoge vleugel bevonden zich de luchtkooien. Alle [[Gevangeniscel|cellen]] waren voorzien van stromend water, licht, verwarming en een w.c. De gevangenis had drie reinwaterkelders voor de opvang van hemenwaterhemelwater. De riolering loosde op de stadsbuitengracht. Buiten de individuele luchtkooi die een half uur per dag gebruikt kon worden, werd een gevangene de rest van de tijd in zijn cel gehouden. Op cel moest een gevangene arbeidstaken uitvoeren. Onderlinge contacten tussen gevangenen waren ten strengste verboden. Elke gevangene werd met zijn of haar nummer aangesproken. Om te verhinderen dat gevangenen elkaar konden zien, kregen ze bij de overbrenging naar de luchtkooi zwarte kappen over het hoofd. Het gevangenisterrein kreeg een ringmuur met hekwerk, een directiegebouw voor de portier en drie directieleden (strafgevangenis, vrouwengevangenis en militaire gevangenis) en nog twee dienstwoningen. De directeur was verplicht op het gevangenisterrein te wonen en mocht zonder toestemming van het bestuur van het gesticht (de regenten) het terrein niet verlaten.
 
===Uitbreiding in 1877===
Regel 20:
 
===Periode Tweede Wereldoorlog===
Wegens cellenoverschot was gevangenis Wolvenplein vanaf [[1929]] enige tijd gesloten. Het [[Willem Pompe Instituut]], destijds nog het ''Criminologisch Instituut'' geheten, vestigde zich er in [[1934]]. Rond [[1939]] werd de gevangenis gemoderniseerd om het weer in gebruik te kunnen nemen. De cellen kregen grotere getraliede ramen met overigens ondoorzichtig glas. Met het uitbreken van de [[Tweede Wereldoorlog]] annexeerde de Duitse bezetter het complex en nam het vanaf 1942 in gebruik als ''Deutsche Untersuchungs- und Strafgefängnis''. De gevangenis was voor door de politie opgepakte zwarthandelaren, verspreiders van verboden lectuur, betrapten op het bezit van een radio et cetera. Op 6 mei werden meer dan 170 gevangenen bevrijd, zij hadden in de oorlogstijd verzet getoond. Anderen bleven opgesloten en meer dan 100 leden van N.S.B. namen de vrije plaatsen in. Van de bevrijdde gevangenen zijn meer verhalen over het gevangenisleven bekend. Tot die tijd en ook daarna liepen bijna alle gevangenen (uiteraard) niet te koop met hun belevenissen in het gevang. Zo zouden in de Duitse periode ook nog lijfstraffen zijn toegepast in gevangenis Wolvenplein. Het hanteren van de bullenpees door cipiers werd in Nederland in 1951 uit het strafreglement gehaald. Verhalen werden bekend over de 'goede' en de 'slechte' bewakers. Goede bewakers waren bereid om het thuisfront op de hoogte te stellen van de aanwezigheid op Wolvenplein en brachten ook andere berichten over. Overigens hebbenalhebben al die jaren voor de Tweede Wereldoorlog en ook de jaren erna bewaarders diedergelijke diensten verleend.
 
==Van Huis van Bewaring naar Penitentiaire Inrichting==
In [[1951]] werd de strafgevangenis een [[Huis van Bewaring]]. In een Huis van Bewaring worden verdachten opgesloten tot hun berechting en zitten veroordeelden tot een korte vrijheidsstraf hun veroordeling uit. De laatsten kwamen ook wel alleen weekenden om de straf niet hun normale leven te veel te laten verstoren. In de jaren 1970 kwam er een aanzienlijke versoepeling van het strafregiem. In de gebouwen kwamen doucheruimten, huiskamers voor de gevangenen voor onderwijs en spel, een sportgelegenheid en lokalen voor vakonderwijs. Gevangenissen kregen bij Justitie de naam Penitentiaire Inrichting (P.I.). De functie van bewaarder ontwikkelde zich tot penitentiair inrichtingswerker (P.I.-er). Een meer normale menselijke omgang werd de norm tussen gevangenen en personeel. Gevangenen konden vanaf deze tijd hun eigen kleding gaan dragen. In de huiskamers was een keukengedeelte aanwezig om zelf, eens per week, een maaltijd samen te stellen met uit het gevangeniswinkeltje gekochte ingrediënten. Het toegenomen onveiligheidsgevoel van onze samenleving zorgde intussen wel voor extra prikkeldraad op de gevangenismuren, cameratoezicht en het hakken van in de zichtlijn staande bomen rond het gevang. De drugsgerelateerde criminaliteit zorgde ondertussen voor ook veel gevangenen met een verslaving. De P.I.-er leerde daar mee om te gaan.
In het jaar [[2000]] vond een grote renovatie plaats en werd het gevangeniscomplex na een lange procedure van tien jaar een [[rijksmonument]]. De open galerijen werden gedeeltelijk met veiligheidsglas afgescheiden om compartimentering mogelijk te maken. Alle cellen kregen een groot doorzichtig raam van geïsoleerd veiligheidsglas. Alle installaties werden vernieuwd en uitgebreid met het nieuwste cameratoezicht en elektronische sloten. In deze P.I., nog steeds Huis van Bewaring, kwam een apart gedeelte voor de uitvoering van een tweejarige maatregel voor veelplegers, eerst S.O.V. maatregel geheten en later I.S.D. maatregel. Voor de [[Dienst Justitiële Inrichtingen]] werkten er in 2012 ongeveer 120 medewerkers en er konden 124 mensen worden gedetineerd.
 
==Sluiting==
De criminaliteit in Nederland is de laatste tien jaren gedaald. Door het beleid van meer gevangenen op cel (stapelbed), controle via enkelbanden en alternatieve straffen zijn er minder gevangenissen nodig. De sluiting van de gevangenis vloeide voort uit een bezuinigingsoperatie waartoe het kabinet in 2013 had besloten.<ref>[http://www.wolvenburgutrecht.nl/content/het-politieke-besluit-tot-vervreemding-van-gevangenis-wolvenplein Het politieke besluit tot vervreemding van gevangenis Wolvenplein] Regeringsbesluit 2013</ref> De kleine gevangenis Wolvenplein was inefficiënt en werd afgeschreven. In juni 2014 werden de laatste gevangenen overgebracht naar een andere gevangenis.<ref>[http://www.rtvutrecht.nl/nieuws/1188026 Laatste gevangenen hebben Wolvenplein in Utrecht verlaten] RTV Utrecht, 11 juni 2014</ref> Het Rijk gaat het gebouw verkopen. Een lokaal initiatief [http://www.wolvenburgutrecht.nl/ Stadsdorp Wolvenburg] zet zich in voor herbestemming van het bolwerk, ook gedurende de verkoopperiode. Tot de verkoop is de gevangenis in gebruik voor tijdelijke bestemmingen. Er vinden soms tentoonstellingen plaats, mensen hebben er een (kleine) werkplek gehuurd of houden er hun verenigingsvergadering of uitvoering. Een definitieve herbestemming kan nog enige jaren op zich laten wachten.
 
==Gevangenen==