Herman Teirlinck Instituut: verschil tussen versies

Verwijderde inhoud Toegevoegde inhoud
vermenging van lemma's opgeruimd. Ouder gedeelte over docenten van voor 1995 verwijderd - was ook aanwezig in Studio Herman Teirlinck waar het thuishoort
Label: Misbruikfilter: Leeghalen
Regel 1:
Het '''Herman Teirlinck Instituut''' was van 1999 tot 2008 de naam van een theater- en kleinkunstopleiding in Antwerpen met een rijke geschiedenis.
In augustus 1946 ging [[Herman Teirlinck (schrijver)|Herman Teirlinck]] te Antwerpen van start met een 'studiotheater' van het [[Koninklijke Nederlandse Schouwburg (Antwerpen)|Nationaal Toneel]]. Onder invloed van theaterman en scenograaf[[Craig G|Gordon Graig]], regisseur en pedagoog [[Konstantin Stanislavski]] en cultuurfilosoof [[Alain (filosoof)|Alain]] waren de uitgangspunten van deze opleiding het vooropstellen van het spel en de speler, het belang van expressiviteit van het lichaam, technische bekwaamheid en de dramatische verbeelding van de acteur.
 
== Geschiedenis ==
In 1995 fuseerde het Herman Teirlinck Instituut met vijftien andere hogescholen in de provincie Antwerpen tot 'Hogeschool Antwerpen'. Het [[Koninklijk Conservatorium Antwerpen|Koninklijk Vlaams Conservatorium]] (directie Michael Scheck), het Hoger Instituut voor Dans (directie Aimé de Lignière) en het Hoger Instituut voor Dramatische Kunst-Studio Herman Teirlinck (directie [[Toon Brouwers]]) werden samengevoegd tot één “Departement dramatische kunst, muziek en dans” van de Hogeschool Antwerpen, met Michael Scheck als departementshoofd.
 
Het '''Herman Teirlinck Instituut''' werd in 2008 onderdeel van het Koninklijk Conservatorium Antwerpen, [[Artesis Plantijn Hogeschool Antwerpen|Artesis Plantijn Hogeschool]]. Alle woordkunst, kleinkunst en acteeropleidingen werden gegroepeerd en met de opleidingen Muziek en Dans samengebracht op de campus deSingel in 2010.
 
De opleiding Drama telt drie afstudeerrichtingen: Kleinkunst, Acteren en Woordkunst.
 
Tot de docenten behoren: hoogleraar [[Toon Brouwers]] die onder meer theatergeschiedenis, dramaturgie en theateranalyse doceert in de drie afstudeerrichtingen. In de ''Kleinkunst''-afstudeerrichting specifiek onder andere de tevens buiten de hogeschool bekende [[Peter De Graef]], [[Elke Dom]], [[Tine Embrechts]], [[Kristien Hemmerechts]], [[Han Kerckhoffs]], [[Bart Meuleman]], [[Wigbert Van Lierde]], [[Mark Verstraete]], Herwig Ilegems, Gert Portael, Stefaan Degand, Nico Sturm, Koen De Sutter, Koen van Kaam, Pieter Jan De Smet, Gert Bettens en Stijn Cole. In de ''Woordkunst''-afstudeerrichting herkent men voor merites buiten het instituut onder andere [[Warre Borgmans]], [[Mieke De Groote]], [[Christophe Lambrecht]], [[Annick Lesage]], [[Bart Moeyaert]], [[Vincent Rouffaer]], [[Kurt Van Eeghem]] en [[Lucas Vandervost]]. Bij de afstudeerrichting ''Acteren'' zijn de namen van de docenten [[Frank Focketyn]], [[Kristien Hemmerechts]], [[Luc Nuyens]], [[Johan Van Assche]], [[Dora van der Groen]] en [[Kurt Van Eeghem]] ook bekend.
 
==Geschiedenis==
{{Zie ook|[[Koninklijk Conservatorium Antwerpen]]}}
{{Zie ook|[[Studio Herman Teirlinck]]}}
 
In augustus 1946 ging [[Herman Teirlinck (schrijver)|Herman Teirlinck]] te Antwerpen van start met een '[[Studio Herman Teirlinck|studiotheater]]' van het [[Koninklijke Nederlandse Schouwburg (Antwerpen)|Nationaal Toneel]]. Onder invloed van theaterman en scenograaf[[Craig G|Gordon Graig]], regisseur en pedagoog [[Konstantin Stanislavski]] en cultuurfilosoof [[Alain (filosoof)|Alain]] waren de uitgangspunten van deze opleiding het vooropstellen van het spel en de speler, het belang van expressiviteit van het lichaam, technische bekwaamheid en de dramatische verbeelding van de acteur. De [[Studio Herman Teirlinck]] leverde vele alumni aan de Vlaamse en Nederlandse theaters.
Toen in 1995 het [[Koninklijk Conservatorium Antwerpen|Koninklijk Vlaams Conservatorium]] en de [[Studio Herman Teirlinck]] dienden op te gaan in de Hogeschool Antwerpen (de overheid wilde geen twee toneelopleidingen binnen één school subsidiëren), gebeurde dit niet zonder weerstand. De toneelopleiding van het Conservatorium onder leiding van [[Dora van der Groen]] en de Studio onder leiding van [[Jan Decleir]] waren opleidingen met een andere invalshoek en andere accenten maar beide met een uitstekende reputatie. Gedurende vijf jaar werd dan ook binnen het voormalige Departement Dramatische Kunst, Muziek en Dans een aparte toneel Studio (Studio Herman Teirlinck) en toneel Dora Van der Groen (Koninklijk Vlaams Conservatorium) opleiding ingericht. In 1997 werd alvast een gezamenlijk ''Hoger Instituut voor Dramatische Kunst'' als koepel geaccepteerd, maar beide opleidingen hadden nauwelijks contact, en werden op verschillende adressen ingericht. Om budgettaire redenen werd in 2000 beslist dat beide opleidingen moesten convergeren naar een gezamenlijk programma, in een locatie. Deze opleiding, initieel met nog steeds twee ''klassen'' werd ingericht binnen het Herman Teirlinck Instituut, in naam refererend naar [[Herman Teirlinck (schrijver)|Herman Teirlinck]], als onderdeel van het Departement Koninklijk Conservatorium. [[Johan Van Assche]] werd tot directeur van het Instituut aangesteld door het hogeschoolbestuur en geaccepteerd door studenten en docenten maar de klas Studio behield wel een eigen coördinator. Administratief en technisch was de opleiding eengemaakt, artistiek bleven er verschillen. In 2002 werd beslist de toneelopleiding van de klas Studio onder luid protest en opnieuw uit budgettaire overwegingen definitief op te doeken. Deze maatregel had een uitdovend effect. In het academiejaar 2002-2003 konden eerstejaarsstudenten enkel de eengemaakte opleiding volgen, de ouderejaars konden de specifieke opleiding afronden. Bleven: de toneel- en woordafdeling van het vroegere Conservatorium en de kleinkunstafdeling van de vroegere Studio. Zo ontstond de laatste jaren een eenvormige driejarige bachelor met een eenjarig masterprogramma.
 
In 1995 fuseerde het Herman Teirlinck Instituut metfuseerden vijftien andere hogescholen in de provincie Antwerpen tot 'Hogeschool Antwerpen'. Het [[Koninklijk Conservatorium Antwerpen|Koninklijk Vlaams Conservatorium]] (directie Michael Scheck), het Hoger Instituut voor Dans (directie Aimé de Lignière) en het [[Hoger Instituut voor Dramatische Kunst]]-Studio Herman Teirlinck (directie [[Toon Brouwers]]) werden samengevoegd tot één “Departement dramatische kunst, muziek en dans” van de Hogeschool Antwerpen, met Michael Scheck als departementshoofd.
=== Directie en enkele docenten ===
 
Toen in 1995 het [[Koninklijk Conservatorium Antwerpen|Koninklijk Vlaams Conservatorium]] en de [[Studio Herman Teirlinck]] dienden op te gaan in de Hogeschool Antwerpen (de overheid wilde geen twee toneelopleidingen binnen één school subsidiëren), gebeurde dit niet zonder weerstand. De toneelopleiding van het Conservatorium onder leiding van [[Dora van der Groen]] en de Studio onder leiding van [[Jan Decleir]] waren opleidingen met een andere invalshoek en andere accenten maar beide met een uitstekende reputatie. Gedurende vijf jaar werd dan ook binnen het voormalige Departement Dramatische Kunst, Muziek en Dans een aparte toneel Studio (Studio Herman Teirlinck) en toneel Dora Van der Groen (Koninklijk Vlaams Conservatorium) opleiding ingericht. In 1997 werd alvast een gezamenlijk ''Hoger Instituut voor Dramatische Kunst'' als koepel geaccepteerd, maar beide opleidingen hadden nauwelijks contact, en werden op verschillende adressen ingericht. Om budgettaire redenen werd in 2000 beslist dat beide opleidingen moesten convergeren naar een gezamenlijk programma, in een locatie. Deze opleiding, initieel met nog steeds twee ''klassen'' werd ingericht binnen het Herman Teirlinck Instituut, in naam refererend naar [[Herman Teirlinck (schrijver)|Herman Teirlinck]], als onderdeel van het Departement Koninklijk Conservatorium. [[Johan Van Assche]] werd tot directeur van het Instituut aangesteld door het hogeschoolbestuur en geaccepteerd door studenten en docenten maar de klas Studio behield wel een eigen coördinator. Administratief en technisch was de opleiding eengemaakt, artistiek bleven er verschillen. In 2002 werd beslist de toneelopleiding van de klas Studio onder luid protest en opnieuw uit budgettaire overwegingen definitief op te doeken. Deze maatregel had een uitdovend effect. In het academiejaar 2002-2003 konden eerstejaarsstudenten enkel de eengemaakte opleiding volgen, de ouderejaars konden de specifieke opleiding afronden. Bleven: de toneel- en woordafdeling van het vroegere Conservatorium en de kleinkunstafdeling van de vroegere Studio. Zo ontstond de laatste jaren een eenvormige driejarige bachelor met een eenjarig masterprogramma.
==== Fred Engelen ====
Fred Engelen was de eerste vaste acteur-regisseur binnen het Herman Teirlinck Instituut. Voor zijn lessen zorgde hij steeds voor een degelijke onderbouw van research en theoretische kennis. Fred Engelen maakte van de Studio een school waar men 'kinderlijk mag spelen met zijn fantasieën'.
==== Alfons Goris ====
In 1961 namen Alfons Goris (leiding) en Walter Tillemans (adjunct) de taak van Engelen over. Als jonge leider van de Studio had Goris het echt niet gemakkelijk daar de Studio als opleidingsinstituut op dat moment nog geen enkel officieel statuut bezat. Met de instemming van Teirlinck zocht Goris contact met de centrale overheid, zodat in 1966 de Studio het statuut kreeg van instelling voor hoger kunstonderwijs, met Goris als directeur. De officiële benaming van de school luidde “Hoger Instituut voor Dramatische Kunst” met als roepnaam “Studio Herman Teirlinck”. Eveneens in overleg met Herman Teirlinck had Alfons Goris in 1966 een nieuw leerplan opgesteld. Een officiële rijksschool dient nu eenmaal een officieel studieprogramma te hebben.
 
Het '''Herman Teirlinck Instituut''' werd in 2008 onderdeel van het Koninklijk Conservatorium Antwerpen, [[Artesis Plantijn Hogeschool Antwerpen|Artesis Plantijn Hogeschool]]. Alle woordkunst, kleinkunst en acteeropleidingen werden gegroepeerd en met de opleidingen Muziek en Dans samengebracht op de campus deSingel in 2010.
In 1972 werd de studieduur van drie op vier jaren gebracht. Meteen gaf Goris aan de opleiding een academische structuur. Tijdens de eerste twee jaren werd er een basisopleiding en -training gegeven, tijdens de twee laatste jaren werd er vooral aandacht besteed aan het maken en spelen van voorstellingen, en kwamen de theaterstudenten in een soort van proefgezelschap terecht. In 1970 was de Studio ook verhuisd naar een groter gebouw in de Maarschalk Gérardstraat 4 te Antwerpen: een voormalig hotel, later bankinstelling, niet ver van de voornaamste Antwerpse theaters en van het bruisende stadscentrum.
 
==== WalterOpleiding Tillemans ====
De opleiding Drama telt drie afstudeerrichtingen: Kleinkunst, Acteren en Woordkunst.
Diverse spelleiders hebben in de loop van deze decennia mede het gezicht van de Studio bepaald. In de werkvoorstellingen van het proeftheater zorgde onder meer [[Walter Tillemans]] voor opmerkelijke producties. Het begeleiden van de studenten op buitenlandse studiereizen, werkte meer dan eens inspirerend.
 
Tot de docenten behoren: hoogleraar [[Toon Brouwers]] die onder meer theatergeschiedenis, dramaturgie en theateranalyse doceert in de drie afstudeerrichtingen. In de ''Kleinkunst''-afstudeerrichting specifiek onder andere de tevens buiten de hogeschool bekende [[Peter De Graef]], [[Elke Dom]], [[Tine Embrechts]], [[Kristien Hemmerechts]], [[Han Kerckhoffs]], [[Bart Meuleman]], [[Wigbert Van Lierde]], [[Mark Verstraete]], Herwig Ilegems, Gert Portael, Stefaan Degand, Nico Sturm, Koen De Sutter, Koen van Kaam, Pieter Jan De Smet, Gert Bettens en Stijn Cole. In de ''Woordkunst''-afstudeerrichting herkent men voor merites buiten het instituut onder andere [[Warre Borgmans]], [[Mieke De Groote]], [[Christophe Lambrecht]], [[Annick Lesage]], [[Bart Moeyaert]], [[Vincent Rouffaer]], [[Kurt Van Eeghem]] en [[Lucas Vandervost]]. Bij de afstudeerrichting ''Acteren'' zijn de namen van de docenten [[Frank Focketyn]], [[Kristien Hemmerechts]], [[Luc Nuyens]], [[Johan Van Assche]], [[Dora van der Groen]] en [[Kurt Van Eeghem]] ook bekend.
==== François Beukelaers ====
Na Tillemans was het voornamelijk [[François Beukelaers]], die in de jaren zeventig en tachtig heeft uitgepakt met een reeks van verrassende voorstellingen, hoofdzakelijk gebaseerd op improvisaties van de studenten. Deze werkvoorstellingen werden in de oefenzaal van de Studio in de Maarschalk Gérardstraat voor een steevast talrijk en enthousiast publiek gegeven. Het meest belangrijke werk werd echter niet in de openbaarheid geleverd: bij voorstellingen van studenten is immers (nog) niet het resultaat het belangrijkste, maar wél het doorgemaakte leerproces. Zo wilde Beukelaers dat de jonge acteurs in de eerste plaats zichzelf zouden ontdekken. “Je moet de gelegenheid kunnen hebben om te mislukken. Hoe meer je mislukt, hoe meer je kunt uitvissen wat je wèl kunt”.
 
==== Toon Brouwers ====
In 1991 werd Alfons Goris opgevolgd door dramaturg [[Toon Brouwers]]. Met acteur [[Jan Decleir]] als voornaamste speldocent, kreeg de Studio weer een nieuwe impuls. Decleir legde de focus op de veranderlijkheid van kunst. "Alles is veranderlijk. Kunst ook, want kunst is toch de expressie van de levende veranderlijke mens." Tot hiertoe werd vooral de methode van [[Stanislavski]] toegepast in de Studio, maar in de jaren negentig werd deze methode meer en meer vervangen door een improvisatorische aanpak. Tijdens het leiderschap van Toon Brouwers vond ook de aanloop naar een fusie met andere instituten voor hoger onderwijs plaats. De Vlaamse overheid besliste immers begin van de jaren negentig via een aantal decreten om enerzijds het hoger onderwijs buiten de universiteit te herwaarderen, en anderzijds om een structuur met “grote” hogescholen te realiseren. In 1995 trad Toon Brouwers af als directeur van de Studio.
 
==Alumni==