Francisco de Valdez: verschil tussen versies

Verwijderde inhoud Toegevoegde inhoud
Ruit hora (overleg | bijdragen)
Geen bewerkingssamenvatting
Geen bewerkingssamenvatting
Regel 6:
 
=== Eerste Leidse beleg en Mookerheide ===
Nadat hij het [[beleg van Haarlem (1572-1573)|beleg van Haarlem]] had meegemaakt, kreeg hij de leiding over de belegering van [[Leiden]] in november 1573, die reeds eind oktober door [[Fadrique Álvarez de Toledo]] (Don Frederik, Alva's zoon) was aangevangen. Op 21 maart moest hij het beleg opbreken toen er een inval dreigde van [[Willem van Oranje]]s broers [[Lodewijk van Nassau|Lodewijk]] en [[Hendrik van Nassau]] aan de oostgrens van de Nederlanden, maar voor Valdez met zijn mannen kon toeslaan, had een ander Spaans leger onder leiding van [[Sancho d'Avila]] de invallers al een nederlaag toegebracht in de [[slag op de Mookerheide]] (14 april 1574). Toen Valdez terugkeerdewas teruggekeerd naar Leiden gingensloegen zijn slecht geklede en slecht bewapende troepen aan het muiten, en werd hij bijna door zijn eigen soldaten vermoord. Vervolgens sloeg hij in mei opnieuw het beleg voor Leiden, dat zich niet had voorbereid op een hervatting van het beleg.
 
=== Tweede Leidse beleg en legende van Magdalena Moons ===
[[Bestand:Magdalena Moons & Francisco Valdez.jpg|thumb||[[Magdalena Moons]] smeekt haar verloofde Francisco de Valdez de bestorming van Leiden een nacht uit te stellen. [[Simon Opzoomer]], ~1845.]]
 
Valdez trachtte in plaats van bestormingen, die veel soldatenlevens eisten, de stad uit te hongeren door haar volledig in te sluiten; mogelijk had hij zijn geliefde [[Magdalena Moons]] beloofd Leiden niet aan te vallen, omdat er familieleden van haar zich in de stad bevonden. Volgens een later ontstane legendelezing achtte Valdez op 2 oktober de tijd rijp om met een grote bestorming de stad te veroveren, maar hij liet hij zich overhalen door Magdalena, die smeekte om de aanval één nacht uit te stellen. Uit zijn correspondentie met de landvoogd [[Luis de Zúñiga y Requesens|Requesens]] blijkt dat Valdez plannen had om de dijken door te steken en de rest van het land in brand te zetten; er zijn echter geen aanwijzingen dat hij Leiden wilde bestormen. <br />
De geuzenleider [[Lodewijk van Boisot]] had van Willem van Oranje de opdracht gekregen de [[Polder]]s onder water te zetten, en door het in de nacht van 2 op 3 oktober door storm snel oprukkende water moesten de Spanjaarden vluchten en kon Boisots vloot de stad ongehinderd bereiken. Valdez ging naar [[Den Haag]] waar hij door zijn soldaten werd achterhaald die woedend waren over het mislopen van de plundering van Leiden, hun beloning voor de periode van beleg.