Nationale Actiepartij: verschil tussen versies

Verwijderde inhoud Toegevoegde inhoud
k taal
Japiobot (overleg | bijdragen)
zie Wikipedia:Verzoekpagina voor bots, replaced: jaren '50 → jaren 50 (2), jaren '80 → jaren 80 (3), jaren '90 → jaren 90 met AWB
Regel 22:
 
=== Verzet tegen de PRI ===
In tegenstelling tot de meeste andere oppositiepartijen, de zgn. [[satellietpartij]]en, steunde de partij nooit de PRI en voer ze altijd een eigen koers. Hoewel een groot deel van haar aanhang bestond uit conservatieve katholieken, stond de partij een beleid voor dat dicht bij het politieke centrum lag, en liet ze zich inspireren door de [[christendemocratie|christendemocratische]] partijen uit Europa. In de jaren '50 werden de rangen aangevuld met enkele gematigde leden van de [[Nationaal Synarchistische Unie]] (UNS), een ultraconservatieve beweging die verscheurd werd door interne twisten. De partij haalde ook veel van haar aanhang uit de middenklasse en kleine ondernemers. Vanaf de jaren '50 kon de PAN tijdens landelijke verkiezingen telkens op de steun van zo'n 10% van de bevolking rekenen, waardoor ze de grootste partij naast de PRI was. In [[1963]] wist PAN-voorzitter [[Adolfo Christlieb Ibarrola]] bij de president [[Adolfo López Mateos]] een wijziging in het kiessysteem te bedingen waardoor een deel van de congreszetels werden toebedeeld op basis van [[evenredige vertegenwoordiging]] in plaats van een [[districtenstelsel]], zodat de verhoudingen in de Kamer van Afgevaardigden iets meer in overeenstemming kwamen te liggen met de keuze van het electoraat. Op lokaal niveau wist de PRI de PAN echter nog altijd van het bestuur af te houden, waarbij regelmatig gebruik werd gemaakt van verkiezingsfraude.
 
Christlieb moest na kritiek onder conservatieven in zijn partij in [[1969]] aftreden als voorzitter. In de daaropvolgende jaren bestond er grote verdeeldheid over de te volgen koers; sommige leden wilden de PAN in het politieke centrum houden, terwijl anderen een openlijker conservatieve koers voorstonden, terwijl de leden het ook niet eens waren over de manier waarop men de dominantie van de PRI moest bestrijden. In [[1976]] liet de partij de presidentsverkiezingen aan zich voorbijgaan. Wel won de partij in deze tijd voor het eerst een aantal burgemeestersverkiezingen in grote steden, waaronder [[Mérida (Yucatán)|Mérida]], [[Veracruz (stad)|Veracruz]], [[Mexicali]] en [[San Luis Potosí (stad)|San Luis Potosí]]. Regionale en landelijke PRI-bestuurders maakten het de PAN-burgemeesters het echter onmogelijk te regeren en gingen soms zelfs zover PAN-politici onder valse redenen af te zetten, zodat zij na een termijn gediend te hebben weer het veld moesten ruimen.
 
=== Eerste overwinningen en opkomst van het ''neopanismo'' ===
Door de economische crisis die begin jaren '80 losbrak en wetswijzigingen die de rechten voor oppositiepartijen enigszins verruimden, begon de PAN in de jaren '80 te groeien. [[Pablo Emilio Madero]] haalde in [[1982]] 15,68% van de stemmen bij de presidentsverkiezingen, en het aantal PAN-zetels in de Kamer van Afgevaardigden verdubbelde in dit decennium. In [[1985]] leek de partij door te breken met een overwinning van [[Fernando Canales Clariond]] in de gouverneursverkiezingen in [[Nuevo León]], doch volgens de officiële maar waarschijnlijk vervalste uitslag won de PRI-kandidaat, ondanks wekenlange straatprotesten van PAN-aanhangers. Een jaar later gebeurde iets vergelijkbaars in [[Chihuahua (stad)|Chihuahua]]. In [[1988]] was [[Manuel Clouthier]] presidentskandidaat, en haalde 17,07% van de stemmen. In deze verkiezingen hadden de linkse partijen voor het eerst een gezamenlijke kandidaat in de persoon van [[Cuauhtémoc Cárdenas]], die waarschijnlijk de verkiezingen zou hebben gewonnen als er geen fraude was gepleegd. Omdat de macht van de PRI nu niet meer vanzelfsprekend was zocht president [[Carlos Salinas]] bondgenoten om zijn positie te kunnen behouden, zodat hij zich gedwongen zag concessies te doen aan de PAN. In [[1989]] erkende de PRI voor het eerst een overwinning van de PAN in gouverneursverkiezingen, toen [[Ernesto Ruffo Appel]] tot gouverneur van [[Neder-Californië (staat)|Neder-Californië]] werd gekozen, en twee jaar later werd [[Héctor Terán Terán]], ook uit Neder-Californië, de eerste PAN-senator.
 
In deze tijd kwam ook de moderne vleugel van de PAN tevoorschijn, de zogenaamde ''neopanistas'', die zich afzetten tegen het idee dat de PAN een brede centrumpartij zou moeten zijn en meer radicaal conservatief waren. Belangrijke neopanistas waren naast Ruffo Appel en Clouthier partijvoorzitter [[Luis H. Álvarez]], [[Diego Fernández de Cevallos]], presidentskandidaat in [[1994]], en [[Francisco Barrio]]. Veel neopanistas waren oorspronkelijk zakenlieden. De neopanistas worden wel vergeleken met de [[neoconservatisme|neoconservatieven]] in de [[Verenigde Staten]]. Een aantal prominente PAN-leden van het eerste uur waren echter ontevreden over deze ontwikkeling, omdat zij bang waren dat de PAN slechts een partij voor de rijken zou worden. Tegenstanders van het neopanisme vormden het 'Democratisch en Doctrinair Forum', geleid door onder anderen [[Jesús González Schmal]] en [[José González Torres]] en beschuldigden de partij ervan een elitepartij te zijn die slechts oog had voor de rijken. Sommigen meenden zelfs dat [[extreemrechts]] in de partij aan de touwtjes trok. In 1992 stapten zij uit de PAN, en een deel van deze oud-PAN-leden zou later aan de basis staan van de [[sociaaldemocratie|sociaaldemocratische]] partij [[Convergentie (Mexico)|Convergentie]].
 
In de jaren '90 zette de groei zich voort met meerdere [[gouverneur]]szetels in onder andere [[Chihuahua (staat)|Chihuahua]], [[Guanajuato (staat)|Guanajuato]], [[Yucatán (staat)|Yucatán]] en [[Jalisco]].
 
=== Aan de macht ===
In [[2000]] werd bij [[Algemene Mexicaanse verkiezingen 2000|presidentsverkiezingen]] PAN-kandidaat [[Vicente Fox]], voormalig directeur van [[Coca Cola-FEMSA]] en rancher uit de staat [[Guanajuato (staat)|Guanajuato]], tot president gekozen, zodat de PRI voor het eerst in 71 jaar de macht kwijtraakte. Fox was aanvankelijk populair omdat hij het machtsbastion van de PRI wist te breken. Maar omdat hij, vooral in economisch opzicht, grotendeels dezelfde koers als de PRI bleef volgen en zijn verkiezingsbeloftes niet kon waarmaken, nam de steun af. De partij kreeg harde klappen bij de regionale en lokale verkiezingen in [[2003]], [[2004]] en [[2005]]. De PAN verloor onder andere het gouverneurschap van de staat Chihuahua, waar de partij in de jaren '80 haar eerste grote successen haalde, aan de PRI. In 2006 herstelde de partij zich echter weer. In de [[Algemene Mexicaanse verkiezingen van 2006|presidentsverkiezingen van 2006]] wist voormalig minister van energie [[Felipe Calderón]] zeer nipt de omstreden presidentsverkiezingen te winnen, terwijl de PAN voor het eerst in haar geschiedenis de grootste partij werd in het Congres. Op [[1 december]] werd Calderón ingehuldigd als president.
 
Opnieuw wist de partij echter haar winst niet vast te houden, en sinds 2006 is het voor de PAN teleurstellend verlopen. Onder andere de staten Yucatán en Querétaro is zij kwijtgeraakt aan de PRI. Bij de [[algemene Mexicaanse verkiezingen 2009|Congresverkiezingen van 2009]] leed de partij een gevoelige nederlaag. Zij wist slechts 143 zetels te winnen, het slechtste resultaat sinds 1994.