RS-25: verschil tussen versies

Verwijderde inhoud Toegevoegde inhoud
Geen bewerkingssamenvatting
Adk0902 (overleg | bijdragen)
k typo gecorrigeerd
Regel 69:
Een belangrijke innovatie was het inbouwen van een geïntegreerde motorbesturing in de motoren zelf. Deze digitale computer (in eerste instantie opgebouwd uit twee Honeywell HDC-601 computers maar later vervangen door twee dubbel uitgevoerde [[Motorola 68000]] processors, waardoor er vier M68000 per motorbesturing beschikbaar zijn) heeft twee taken: het besturen van de motor en de verbrandingsprocessen en het controleren van zichzelf. Deze oplossing vereenvoudigde de bedrading tussen de motoren en shuttle aanzienlijk omdat alle sensoren en actuatoren direct aan de motorbesturing gekoppeld konden worden. Een speciaal voor de motorbesturing ontworpen systeem vereenvoudigd tevens het programmeren van deze besturing en heeft inmiddels zijn betrouwbaarheid bewezen.
 
Twee onafhankeljkeonafhankelijke, dual-CPU computers, A en B, vormen de motorbesturing, waardoor één systeem altijd als reserve kan fungeren. Bij het uitvallen van systeem A wordt automatisch overgeschakeld op systeem B zonder invloed te hebben op het operationele vermogen. Bij het uitvallen van systeem B wordt de motor gecontroleerd uitgeschakeld.
In elk systeem (A en B) werken de twee M68000's in "lock-step", waardoor elk systeem fouten kan detecteren door de [[Transistor-transistorlogica|TTL]]-signalen van de databussen van de twee M68000's te vergelijken. Als er verschillen worden geconstateerd wordt een [[interrupt]] gegenereerd en de controle overgedragen aan het andere systeem. Omdat er kleine verschillen zijn tussen de M68000's van Motorola en die van de tweede fabrikant, TRW, gebruikt elk systeem M68000's van dezelfde fabrikant (bijvoorbeeld systeem A heeft twee Motorola processors en systeem B twee van TRW).
Het geheugen dat gebruikt wordt is van het "plated-wire"-type, dat op dezelfde wijze werkt als ferrietkerngeheugen en data bewaard, zelf als de voedingsspanning wordt afgesloten. (Tijdens het onderzoek naar de ramp met de Challenger werd het geheugen geborgen vanaf de zeebodem en overgedragen aan Honeywell voor onderzoek en analyse. Ondanks dat het geheugen geruime tijd in zout water had gelegen, kon na schoonmaken en het uitvoeren van enige kleine reparaties de inhoud van het geheugen gelezen worden en gebruikt worden bij het forensisch onderzoek naar de ramp.)