Relikwie: verschil tussen versies

Verwijderde inhoud Toegevoegde inhoud
E.Verheggen (overleg | bijdragen)
afbeelding toegevoegd
E.Verheggen (overleg | bijdragen)
foto verplaatst
Regel 15:
 
Het vereren van relikwieën is terug te voeren op de vroeg-christelijke gewoonte om de [[liturgie]] te vieren boven het graf van [[martelaar|martelaren]]. Toen in later tijden op dergelijke graven kerken verrezen, ontstond de gewoonte om relikwieën in of onder het [[altaar (religie)|altaar]] te plaatsen. Onder het altaar dient zich daarom nog altijd een relikwie van een martelaar te bevinden.
[[File:MCC-11759 Reliekmedaillon met stralenkrans met reliek van H. Martinus (1).jpg|thumb|Reliekhouder of theca met echtheidsverklaring|left]]
In de late [[Middeleeuwen]] vormden relikwieën een bron van levendige handel. Tegenwoordig verbiedt de katholieke kerk het handelen in eerste- en tweedegraads relikwieën. Handel in relikwieën uit de derde graad is wél toegestaan. Een relikwie draagt een zegel. Bij het reliek hoort een certificaat, ook wel echtheidsverklaring genoemd. Zegels en certificaten worden afgegeven door [[bisschop]]pen, [[Abt (abdij)|abt]]en en in het bijzonder de [[vicaris-generaal]] van het bisdom Rome. Als de zegel verbroken of niet aanwezig is, is de authenticiteit niet meer aan te tonen. Overigens moet gezegd worden dat dat eigenlijk geldt voor alle relikwieën van heiligen die geleefd hebben vóór ongeveer 1600.