Officier van justitie: verschil tussen versies

Verwijderde inhoud Toegevoegde inhoud
Regel 20:
 
== Ter rechtszitting ==
In de rechtszaal ziet de verdachte de officier van justitie in zijn rol van openbare aanklager, in zwarte toga met witte bef. De officier van justitie vertelt tijdens de zitting waarvoor iemand terecht staat. Vervolgens ondervraagt de rechter de verdachte over de zaak. Ook de officier krijgt de gelegenheid om vragen te stellen, evenals de advocaat van de verdachte. Daarna houdt de officier van justitie zijn requisitoir: een betoog waarin hij de rechter vertelt wat hij van de zaak vindt en een straf eist. Dat kan een geldstrafgeldboete zijn, een taakstraf of een celstraf. Naast straffen kunnen ook maatregelen worden gevorderd, zoals TBS.
 
Als de officier van justitie in de rechtszaal het woord voert, staat hij altijd. De rechter, die recht tegenover de verdachte zit, blijft altijd zitten. Om die reden worden leden van het Openbaar Ministerie ook wel de staande magistratuur genoemd. De rechters maken deel uit van de zittende magistratuur. Een officier van justitie zit in de rechtszaal, vanuit de verdachte gezien, altijd links naast de rechter(s). De tafel van de officier staat altijd los van de tafel van de rechter(s). Hier zit altijd een (kleine) ruimte tussen. Dit wordt gedaan om de scheiding van de [[Trias politica|rechterlijke en uitvoerende macht]] te symboliseren.
 
== Bekende officieren van justitie ==