Jeffrey Harborne: verschil tussen versies

Verwijderde inhoud Toegevoegde inhoud
Capaccio (overleg | bijdragen)
kGeen bewerkingssamenvatting
Geen bewerkingssamenvatting
Regel 1:
'''Jeffrey B. Harborne''' ([[Bristol (stadVerenigd Koninkrijk)|Bristol]], [[1 september]] [[1928]] – [[21 juli]] [[2002]]) was een Britse [[botanicus]] die was gespecialiseerd in de [[fytochemie]].
 
Hij studeerde aan de [[UniversityUniversiteit ofvan Bristol]], waar hij in 1949 afstudeerde in de [[Scheikunde|chemie]]. Hij behaalde een [[Doctor of Philosophy|Ph.D.]] in 1953 met een [[proefschrift]] met betrekking tot in de natuur voorkomende [[heterocyclische verbinding|heterocyclische zuurstofverbinding]]en bij professor Wilson Baker (1900-2002). Tussen 1953 en 1955 werkte hij als [[postdoc]] samen met professor Theodore Albert Geissman op het gebied van de [[fenol]]ische planten[[pigmentPigment|plantenpigmenten]]en, waaronder [[Anthocyaan|anthocyanen]]. Bij de identificatie van deze stoffen, maakte hij gebruikt van [[UV/VIS-spectroscopie]].
 
In 1955 werd Harborne als [[Biochemie|biochemicus]] aangenomen bij het [[John Innes Centre|John Innes Horticultural Institution]], dat toen nog in Bayfordbury ([[Hertfordshire]]) was gevestigd. Hij werkte in de periode dat hij bij dit instituut werkzaam was, samen met E.C. Bate-Smith en [[Tony Swain]]. Harborne specialiseerde zich in de toepassing van [[chromatografie|chromatografische]] methoden en UV bij de identificatie van fenolische plantenpigmenten.
 
Tussen 1965 en 1968 werkte Harborne als wetenschappelijk medewerker bij de [[UniversityUniversiteit ofvan Liverpool]]. Hierna vertrok hij samen met [[Vernon Heywood]] naar de [[UniversityUniversiteit ofvan Reading]]. Harborne werd hier 'reader' ('universitair hoofddocent') en wetenschappelijk medewerker op de afdeling [[plantkunde|botanie]]. In 1976 werd hij er [[hoogleraar]]. Tussen 1987 en 1993 was hij hoofd van de afdeling botanie. In 1993 ging hij met [[emeritaat]]. Hij had gedurende zijn betrekking aan de UniversityUniversiteit ofvan Reading ook nog posities als [[gasthoogleraar]] aan de [[UniversidadeFederale FederalUniversiteit dovan Rio de Janeiro]] (1973), de [[UniversityUniversiteit ofvan Texas atin Austin]] (1976), de [[UniversityUniversiteit ofvan CaliforniaCalifornië]] in Santa Barbara (1977) en de [[UniversityUniversiteit ofvan Illinois atte Urbana-Champaign]] (1981).
 
Harborne onderzocht de rol van [[flavonoïdenflavonoïde]]n bij interacties tussen [[planten]] en [[insecten]]. Ook onderzocht hij de relatie tussen anthocyanen en de [[ecologie]] van de [[bestuiving]]. Tevens bestudeerde hij de rol van [[fytoalexine]]n in leden van de [[vlinderbloemenfamilie]] (''Leguminosae''), de [[rozenfamilie]] (''Rosaceae'') en de [[schermbloemenfamilie]] (''Umbelliferae''). Hij publiceerde over [[chemotaxonomie]] zoals in zijn onderzoeksartikelen met betrekking tot het voorkomen van anthocyanen, [[Flavon (scheikunde)|flavon]]en en auronen in de [[sleutelbloemfamilie]] (''Primulaceae''), in [[leeuwenbek]]ken (''Antirrhinum'') en in een aantal andere planten. Ook publiceerde hij over [[isoflavon]]en en chemische ecologie.
 
In zijn boek ''Phytochemical Methods: A Guide to Modern Techniques of Plant Analysis'' beschreef Harborne een aantal analytische methoden in de fytochemie die hij ontwikkelde voor de [[systematiek]] van de distributie van anthocyanen in een aantal grote plantengroepen. In ''Comparative Biochemistry of the Flavonoids'' beschreef hij de biochemie van [[flavonoïdenflavonoïde]]n in diverse plantengroepen. In het wetenschappelijke tijdschrift ''Natural Product Reports'' schreef hij een serie reviewartikelen over de ontdekking van anthocyanen en andere flavonoïden. In zijn boek ''Introduction to Ecological Biochemistry ''beschreef hij de [[ecologie|ecologisch]]e rol van natuurlijke stoffen. De publicatie van dit boek wordt wel gezien als het startpunt van de studie van de ecologische chemie. De ontwikkelingen in de chemische ecologie beschreef hij in een serie reviewartikelen in ''Natural Product Reports''. Hij was (co)auteur van zo'n 270 review- en onderzoeksartikelen. Tevens was hij auteur of redacteur van circarond de veertig boeken.
 
Harborne was vanaf 1972 excutive redacteur van het tijdschrift ''[[Phytochemistry]]''. Tussen 1986 en 1999 was hij [[Hoofdredactie|hoofdredacteur]] van dit tijdschrift. Hij was de oprichter van het tijdschrift ''Phytochemical Analysis'' en hij was redacteur van ''Methods in Plant Biochemistry''.
 
Harborne kreeg tijdens zijn leven een aantal onderscheidingen. In 1985 kreeg hij van de [[Linnean Society of London]] de [[Linnean Medal]] vanwege zijn verdiensten voor de botanie. Verder kreeg hij medailles van de [[Phytochemical Society of Europe]] (PSE Medal) (1986) en de International Society of Chemical Ecology (1993). In 1993 kreeg hij de Pergamon Phytochemistry Prize. In 1995 werd hij gekozen als [[Fellow of the Royal Society]].
 
==Bibliografie==
*'Jeffrey B. Harborne FRS. 1st September 1928 – 21st July 2002'; James. R. Hanson; in ''Natural Product Reports'', nummer 19 (2002); online versie [http://www.rsc.org/publishing/journals/NP/article.asp?doi=b208459g hier]
*'Obituary: Jeffrey B. Harborne'; in ''Journal of Chemical Ecology'', volume 28, nummer 11, november 2002.
*'Contributions of Jeffrey Harborne and co-workers to the study of anthocyanins'; Gillian A. Cooper-Driver; in ''Phytochemistry'', volume 56, nummer 3, februari 2001, pagina's 229-236 .
*'Jeffrey B. Harborne (1928–2002) – An appreciation'; Renée J. Grayer & Christine A. Williams; in ''Phytochemistry'', volume 68, nummer 24, Decemberdecember 2007.
*'Jeffrey Harborne 1928—2002'; Karen Robin; in ''HerbalGram'', nummer 57, pagina 68-69.
 
[[Categorie:Brits botanicus|Harborne, Jeffrey]]