Sint-Sulpitiuskerk (Jumet): verschil tussen versies

Verwijderde inhoud Toegevoegde inhoud
Oskardebot (overleg | bijdragen)
Enkele correcties.
Regel 107:
Het plan was ambitieus en overmaats voor het gehucht in die tijd. Er ontstond ruzie tussen de architect en de opdrachtgevers, waaronder de abt van Lobbes, Theodulfe Barnabé (abt van 1728 tot 1752).<ref name="ref5" /> De bouw liep forse vertragingen op en, ondanks het hergebruik van materiaal afkomstig van de oude kerk in de fundering en lage delen,<ref name="ref3" /> beliepen de kosten uiteindelijk het vijfvoudige van de oorspronkelijke ramingen: {{Citaat|We werden zwaar bedrogen bij de herbouw van deze kerk [...] het zou ons twintig-duizend gulden kosten, maar de prijs is opgelopen tot honderd-duizend [...] De architect heeft ons bedrogen door de kerk te verlengen met negen-en-twintig voeten en meerdere andere zaken.|(vrij vertaald naar de tekst geciteerd door Genicot)<ref>Nous avons été grandement trompé [''sic''] pour la rédification de cette église [...] car l'édifice de l'église, au lieu de nous coûter un vingt mille florins, nous en coûte au moins un cent mille [...] l'architecte nous a trompé [''sic''] en augmentant la longueur de ladite église de vingt-neuf pieds, et quantité d'autres choses (Genicot 1969, p. 15)</ref>}}
 
Het eerste plan (zie blad ''E'' in illustratie) voorzag de oude toren te behouden. Een wijziging maakte definitief ''tabula rasa'' van het verleden.<ref name="ref3" /> De nieuwe toren maakt waarschijnlijk deel uit van een van de „&nbsp;"''meerdere andere zaken''&nbsp;”" in de klacht.
 
[[Bestand:Jumet - église Saint-Sulpice - projet pour la façade.jpg|alt=project voor de gevel|thumb|upright|Tekening uit de 18e eeuw met het nieuw gevelontwerp (blad ''C'').<ref>Dit plan genummerd ''C'', is getekend op een blad bestaande uit twee aan elkaar geplakte vellen papier. Het draagt als titel : "''Ontwerp voor de voorgevel van de kerk van Jumet''"(Genicot 1969, p. 16)</ref>]]
Regel 115:
De toren is ontworpen voor drie klokken. Twee zijn duidelijk beschreven. Er is geen bewijs dat er ooit een derde is geweest.<ref name="ref8">Arcq 1973, p. 104; 106</ref>
 
Aan de oostkant hangt een klok van 1590, versierd met een afbeelding van de Maagd. Ze draagt als opschrift: „&nbsp;"''Micael Willelmus coadiutor Lobiensis me fecit''<ref>Michel Willame was van 1580 tot 1598 coadjutor van de abt van Lobbes, Ermin François. Hijzelf werd tot abt verkozen in 1598 en stierf in 1600 (Genicot 1969, p. 16).</ref>'' - 1590 - Maître Jean Grongnart, fondeur''&nbsp;”".<ref name="ref8" /><ref>Jean Grongnart was lid van een dynastie klokkengieters die werkzaam waren in Henegouwen in de 16e en 17e eeuw (Genicot 1969, p. 16).</ref>
 
Aan de westkant was de tweede klok waarschijnlijk in slechte staat, want ze werd hergoten in 1772, zoals vermeld in het opschrift „&nbsp;"''+ En l'an 1772 j'ai été refondue aux frais de la communauté de Jumet par les ''[''sic'']'' Simon Chevresson et Deforest.''&nbsp;”"<ref>''In het jaar 1772 werd ik hergoten op de kosten van de gemeenschap van Jumet door de ''[''sic'']'' Simon Chevresson en Deforest.''</ref><ref name="ref8" />
 
Tijdens de [[Franse Revolutie]] werd het gebouw waarschijnlijk beschadigd, want in 1797 kende de plaatselijke overheid een budget toe voor het herstellen van de ruiten en het dak.<ref name="ref9">Arcq 1973, p. 105</ref> In 1808, werden drie nieuwe altaren vervaardigd.<ref name="ref7">Genicot 1969, p. 41</ref>