Helling (geologie): verschil tussen versies
Verwijderde inhoud Toegevoegde inhoud
Geen bewerkingssamenvatting |
kGeen bewerkingssamenvatting |
||
Regel 1:
Met de '''dip''' of '''helling''' van een [[gesteente]]laag
De oriëntatie van een gesteentelaag wordt gegeven door de strekking, de dip en de [[windrichting]] waarheen de laag helt ('''diprichting'''). Een laag kan bijvoorbeeld oriëntatie '''110/60 NO''' hebben. Dat betekent:
* de strekking is 110° met het geografische noorden (het [[azimuth]]),
* de hellingshoek is 60° met het horizontale vlak en
* de hellingsrichting is naar het noordoosten (loodrecht op 110°, dus 20° naar het noordoosten).
|