Terreur (Franse Revolutie): verschil tussen versies
Verwijderde inhoud Toegevoegde inhoud
Geen bewerkingssamenvatting |
k Wijzigingen door 95.97.132.13 (Overleg) hersteld tot de laatste versie door Pompidombot |
||
Regel 4:
De '''Terreur''' ('''[[Frans]]:''' ''la Terreur'', letterlijk vertaald "schrikbewind", met een hoofdletter), is een concept dat door historici gebruikt wordt om twee periodes in de [[Franse Revolutie]] aan te duiden waarin [[Frankrijk]] werd geregeerd door een uitzonderlijke uitvoerende macht die berustte op kracht, illegaliteit en repressie.<ref>Definitie van {{Aut|J. Tulard - J-F. Fayard - A. Fierro}}, ''Histoire et dictionnaire de la Révolution française, 1789-1799'', Parijs, 1987, p. 1113; zie ook {{Aut|P. Gueniffey}}, ''La politique de la Terreur'', Parijs, 2000, p. 13: de Terreur wordt gekarakteriseerd door het « emploi de la contraintes et de la violence à des fins politiques et dans le silence des lois ».</ref>
De datering en definitie ervan blijven onzeker.<ref>{{Aut|J-C. Martin}}, « La Révolution a coupé la France en deux », in ''L'Histoire'' 311 (2006), p. 39; {{Aut|P. Gueniffey}}, ''La politique de la Terreur'',
Tussen de zomer van 1793 en de lente van 1794 bereikt de verzwakking van de staat, begonnen in 1789-'90, haar hoogtepunt, die al het geweld en opbod toeliet; het [[Comité de salut public (Frankrijk)|Comité de salut public]], gebonden aan de persoon van [[Maximilien de Robespierre|Robespierre]], wordt geconfronteerd met concurrentie van het [[Comité de sûreté générale]], dat de politie leidde, en van de [[Commune van Parijs (1792)|Commune van Parijs]], die sinds [[10 augustus]] [[1792]] de militaire macht had en gelieerd is met de ''[[sansculotte]]s'', die in feite het ministerie van Oorlog controleerden. Het is pas in maart 1794 dat men met een versterking van de staat begint onder leiding van het Comité de salut public.<ref>{{Aut|J-C. Martin}}, « La Révolution a coupé la France en deux », in ''L'Histoire'' 311 (2006), p. 39.</ref> De Terreur wordt onder druk van de radicaalste revolutionairen ingesteld door de revolutionaire regering; meerdere vrijheden worden opgeschort en een politiek van strijd tegen de interne en externe gevaren, die de Republiek bedreigen, treedt in werking. De opvallendste personages van de Terreur, ook wel 'terroristen' genoemd, zijn in het bijzonder [[Maximilien de Robespierre|Robespierre]], [[Louis Antoine Saint-Just|Saint-Just]], [[Georges Couthon|Couthon]], [[Jean-Marie Collot d'Herbois|Collot d'Herbois]], [[Joseph Fouché|Fouché]] en [[Jacques Nicolas Billaud-Varenne|Billaud-Varenne]]. De periode wordt eveneens gekenmerkt door pogingen tot economische, sociale en culturele hervormingen. Naar schatting verloren ruim 40.000 of 55.000 mensen hun leven ten gevolge van de Terreur.
|