Etniciteit: verschil tussen versies

Verwijderde inhoud Toegevoegde inhoud
Versie 42100100 van 84.25.3.82 (overleg) ongedaan gemaakt.
Regel 25:
Een voorbeeld waarbij het Franse model mislukte is Hongarije. Het Habsburgse Koninkrijk Hongarije slaagde er in de negentiende eeuw in om zowel etnische Hongaren (Magyaren) als [[Szekler]]s (een bevolkingsgroep van de Hongaarse minderheid in Roemenië) zich onderdeel te laten voelen van de Hongaarse natie. Maar ook de bovenlagen van tal van andere volken die in dit koninkrijk leefden - [[Slowaken]], [[Duitsers]], [[Joden]], [[Roemenen]] - namen bewust de Hongaarse taal en cultuur over en werden aldus nationale Hongaren. De verdere ontwikkeling van de Hongaarse natie werd een halt toegeroepen door de ontbinding van het koninkrijk en de verdeling van haar grondgebied over nieuwe nationale staten in het [[Verdrag van Trianon]], 1920. Daarnaast bestaat er een etnische groep Csángó's die eeuwenlang in Roemenië, vlak buiten het Hongaarse Rijk, heeft geleefd bij wie onder Roemeens gezag geen Hongaars nationaal bewustzijn tot ontwikkeling kon komen. De laatste jaren zijn echter de banden tussen de Csángó's en de Hongaren aangehaald en ontwikkelde zich bij een deel van hun alsnog een Hongaars nationaal bewustzijn.
In het geval van Nederland hebben de [[Friezen]] het langst een etnisch karakter behouden en dat bewust willen vormgeven met wat genoemd werd de Friese Beweging. De meeste Friezen gingen zich echter na de oprichting van [[Koninkrijk der Nederlanden]] als etniciteit onderdeel van de Nederlandse natie voelen. De politieke identiteit van Friese natie bleef die van een minderheid, waarnaast een breder grondvlak onder de Friezen bleef bestaan als Nederlanders met eigen regionaal-culturele identiteit, die zich met name uitte in het gebruik van een eigen taal.
 
Lange tijd hebben velen zich in de rooms-katholieke zuidelijke provincies afgewend gehouden van de ontwikkeling van een Nederlands natie en men zou daar kunnen spreken van een religieuze etniciteit die zich vormde in de eeuw van [[Verzuiling]] en een eigen identiteit ontwikkelde die bij sommigen tegenover die van de Nederlandse nationaliteit beleefd werd en voor velen als een nadrukkelijk andere - katholieke - variant van de Nederlandse identiteit gold. Hierin wordt duidelijk dat het Nederlandse natiebegrip nooit een eenduidig concept was maar bestond uit verschillende elkaar sceptisch of zelfs vijandig bejegenende varianten. Dit heeft de Nederlandse nationale identiteit een losser karakter gegeven dan de nationale identiteiten van andere landen zoals met name Duitsland en Frankrijk.