Portret van Johannes Wtenbogaert: verschil tussen versies

Verwijderde inhoud Toegevoegde inhoud
begin
 
link van dp naar juiste pagina, replaced: VenetiëVenetië met AWB
Regel 21:
 
== Herkomst ==
Het werk is gemaakt in opdracht van de [[Amsterdam]]se koopman Abraham Anthonisz. Recht. Op 13 april 1633 schreef Wtenbogaert in zijn dagboek: ‘Wtgeschildert van Rembrant, voor Abraham Anthonissen’. Op 20 oktober 1664 wordt het nog vermeld in de boedelinventaris van Recht als ‘Conterfeijtsel van Uijtenbogaert’ en getaxeerd op 40 gulden. Eind 18e eeuw bevond het zich waarschijnlijk in de verzameling van [[Girolamo Manfrin]] in [[Venetië (stad)|Venetië]] (overl. 1802). Een zegel en een etiket op de achterzijde wijzen hierop. In 1806 wordt het voor het eerst ook vermeld in de verzameling Manfrin. Het werk was inmiddels in het bezit van Manfrins zoon, Pietro Manfrin (overl. 1833). Na het overlijden van zijn zus Giulia Angela Giovanna Manfrin in 1849 kwam het aan Bortolina Manfrin Plattis. In 1851 wordt het vermeld in haar verzameling als ‘Ritratto con colare bianco’ (portret met witte kraag). In 1856 verkocht Manfrin Plattis het werk voor 8.000 [[Napoleon (munt)|napoléons]] aan de [[Londen]]se kunsthandelaar of -verzamelaar A. Barker.
 
Volgens de veilingcatalogus van 1992 werd het voor 1860 aangekocht door [[Mayer Amschel de Rothschild]], eigenaar van [[Mentmore Towers]] in [[Buckinghamshire]], die het na zijn dood waarschijnlijk naliet aan zijn dochter, [[Hannah Primrose]], gravin van Rosebery. Via haar kwam het in het bezit van haar man, [[Archibald Primrose]], 5e graaf van Rosebery en premier van het Verenigd Koninkrijk. Zijn zoon, [[Harry Primrose]], 6e graaf van Rosebery, liet het na zijn dood in 1974 na aan [[Neil Primrose]], 7e graaf van Rosebery. Deze liet het op 8 juli 1992 veilen bij veilinghuis [[Sotheby's]] in Londen. De koper, de Canadese ondernemer [[Alfred Bader]], verkocht het op 1 december 1992 aan het [[Rijksmuseum Amsterdam|Rijksmuseum]]. Deze aankoop kwam tot stand met steun van de [[Vereniging Rembrandt]], mede dankzij het [[Prins Bernhard Cultuurfonds|Prins Bernhard Fonds]], het [[VSBfonds]], de [[Rijksmuseum-Stichting]], De [[Staat der Nederlanden]] en particulieren