Vorstendom Palts-Neumarkt: verschil tussen versies

Verwijderde inhoud Toegevoegde inhoud
Geen bewerkingssamenvatting
Geen bewerkingssamenvatting
Regel 39:
 
==Geschiedenis==
===DelingDe verdeling van de Palts===
{{hoofdartikel|Delingen van de Palts}}
In zijn testament had rooms-koning en keurvorst [[Ruprecht van de Palts (Rooms-koning)|Ruprecht van de Palts]] bepaald dat zijn bezetting na zijn dood onder zijn vier nog levende zonen verdeeld moesten worden. Toen de koning op 18 mei]] 1410 overleed, werd de deling uitgevoerd. Zijn oudste zoon, [[Lodewijk III van de Palts|Lodewijk III]], erfde het grootste gedeelte van de Palts en volgde Ruprecht als keurvorst. Voor de drie andere zonen werden kleinere delen van de Palts afgepitst: [[Johan van Palts-Neumarkt|Johan]] kreeg het grootste gedeelte van de Opper-Palts met als hoofdstad [[Neumarkt in der Oberpfalz|Neumarkt]], [[Stefan van Palts-Simmern-Zweibrücken|Stefan]] kreeg [[Vorstendom Palts-Simmern-Zweibrücken|Simmern en Zweibrücken]] en [[Vorstendom Palts-Mosbach|Moschbach]] viel aan [[Otto I van Palts-Mosbach|Otto I]]. De delings[[oorkonde]] werd op [[3 oktober]] [[1410]] [[Zegel (oorkonde)|bezegeld]].
 
Regel 51 ⟶ 52:
In [[1420]] brak de [[Beierse Oorlog (1420-1422)|Beierse Oorlog]] uit, een gewapend conflict tussen hertog [[Lodewijk VII van Beieren|Lodewijk VII]] van [[Hertogdom Beieren-Ingolstadt|Beieren-Ingolstadt]] en hertog [[Hendrik XVI van Beieren|Hendrik XVI]] van [[Hertogdom Beieren-Landshut|Beieren-Landshut]]. Hertog Lodewijk VII was politiek geïsoleerd, terwijl Hendrik XVI gesteund werd door de [[Liga van Konstanz]], een verbond van rijksvorsten waar ook Johan van Palts-Neumarkt bij aangesloten was. Samen met [[Frederik I van Brandenburg]], de burggraaf van [[Burggraafschap Neurenberg|Neurenberg]], veroverde Johan in [[1421]] de Ingolstadtse gebieden in de Opper-Palts. Een deel van de veroverde gebieden werd volledig onderdeel van het vorstendom Neumarkt, zoals [[Freystadt (Opper-Palts)|Freystadt]] en [[Betzenstein]]. [[Floß]], [[Lauf an der Pegnitz|Lauf]], [[Parkstein (Opper-Palts)|Parkstein]], [[Vohenstrauß]] en [[Weiden in der Oberpfalz|Weiden]] kwamen als [[Parkstein-Weiden|Gemeenschapsamt Parkstein-Weiden]] onder [[Condominium (staatsvorm)|gemeenschappelijk bestuur]] van paltsgraaf Johan en Frederik I van Brandenburg. In 1427 stond Johan zijn deel van [[Vohenstrauß]] af aan Frederik I.
 
==="De hussietengesel"===
===Paltsgraaf Johan en de hussieten===
In het koninkrijk Bohemen, dat direct ten Oosten van Palts-Neumarkt lag, was in [[1419]] een gewapende opstand uitgebroken tegen rooms-koning [[Keizer Sigismund|Sigismund van Luxemburg]], die ook koning van Bohemen en Hongarije was. De [[hussieten]], aanhangers van de Boheemse [[theoloog]] [[Johannes Hus]], weigerden Sigismund als hun koning te erkennen omdat Hus onder Sigismunds leiding op het [[Concilie van Konstanz]] wegens [[ketterij]] tot de [[brandstapel]] veroordeeld was. Met steun van de [[paus]] en een aantal Duitse vorsten begon Sigismund een serie [[Hussietenoorlogen|serie kruistochten]] om de hussieten te onderwerpen.
 
Paltsgraaf Johan was als rijksvorst direct betrokken bij de oorlog in zijn buurland. In 1421 ontzette zijn troepen de stad [[Tachov (okres Tachov)|Tachau]], die door de hussieten belegd werd. Een jaar later voorkwam hij de inname van [[Horšovský Týn|Bischofteinitz]]. Daarnaast inde hij in opdracht van koning Sigismund belastingen om de oorlog te financieren. In 1426 werd Johan benoemd tot opperbevelhebber van de Duitse legers in zijn deel van het grensgebied. Zijn leger versloeg op 11 september 1426 een hussitische [[wagenburcht]] in de [[Slag bij Klattau]]. Toch lukte het de Duitse troepen niet om de opstand in Bohemen te onderdrukken, en in 1427 leden de kruisvaarders en vernietigende nederlaag in de [[Slag bij Tachau]]. De hussieten gingen vervolgens in de tegenaanval: tussen 1427 en 1433 ondernamen ze regelmatig plundertochten tot ver over de Boheemse grens. De meeste steden in Palts-Neumarkt konden de aanvallers afweren. Alleen [[Nabburg]] werd ingenomen en leeggeplunderd. De dorpen en velden werden echter leeggeroofd en platgebrand, zodat het platteland aan het einde van de oorlog geheel verwoest was.
 
Vanwege zijn overwinningen werd paltsgraaf Johan door zijn tijdgenoten "de hussietengesel" genoemd.
 
<!---