Mededingingsrecht: verschil tussen versies

Verwijderde inhoud Toegevoegde inhoud
Joost-de-draaier (overleg | bijdragen)
Paul B (overleg | bijdragen)
Dit lijkt me nu niet meer zo'n sprekend voorbeeld
Regel 24:
== Het kartelverbod ==
Een [[kartel (economie)|kartel]] is een overeenkomst tussen bedrijven die bedoeld is om de onderlinge concurrentie te verminderen. Dit kan een prijsafspraak zijn (A, B en C spreken af hun bier voor niet minder dan € 2,- per flesje te verkopen), maar het kan ook een andere gedraging zijn. Bijvoorbeeld de afspraak om gezamenlijk nieuwkomers op een markt te weren, of om een markt te verdelen.
 
In augustus 2005 kwam aan het licht dat de [[Europese Commissie]] een onderzoek is begonnen naar bierbrouwers. Een aantal grotere brouwerijen zou prijsafspraken met elkaar hebben, waardoor horeca en klanten jarenlang te veel zouden betalen voor hun biertje.
 
Ook niet-geheime concurrentiebeperkende contracten of clausules kunnen worden geannuleerd door de autoriteiten of de rechtbanken.
 
== Concentraties ==
Als bedrijf A en B ieder 50% van de automarkt in Europa in handen hebben en ze gaan fuseren, dan ontstaat een monopolie. Ook als geen marktaandeel van 100% wordt bereikt kan de combinatie toch zo groot worden dat er invloed op de mededinging kan zijn. Fusies die boven de daarvoor bestaande omzetgrenzen uitkomen moeten dusdaarom altijd aangemeld worden bij de Europese Commissie of de nationale mededingingsautoriteit (in Nederland de [[Autoriteit Consument en Markt]]). Die stelt dan vaak voorwaarden, zoals het verkopen of afsplitsen van bepaalde bedrijfsonderdelen. In veel gevallen zijn die zo zwaar dat de partijen besluiten de fusie maar af te blazen. Dit is gebeurd toen [[General Electric]] met [[Honeywell]] wilde fuseren. De Amerikaanse mededingingsautoriteit ging akkoord, maar de Europese Commissie niet. Gevolg zou zijn dat de fusie wel in Amerika, maar niet in Europa kon doorgaan, waarop de twee partijen de fusie afbliezen.
 
== Misbruik van een dominante positie ==
Een bedrijf dat een groot marktaandeel heeft, kan al snel als dominant worden aangemerkt. Daar is op zich niets mis mee, maar nu worden gedragingen die normaal wel acceptabel zijn, door het mededingingsrecht verboden. Een dominant bedrijf heeft immers de mogelijkheid de markt en het gedrag daarvan naar zijn hand te zetten. Voorbeelden van gedragingen die voor dominante ondernemingen verboden zijn, zijn:
* ''Predatory pricing'': prijzen sterk verlagen om concurrenten die minder geld hebben uit de markt te wippen;
* AbusievelijkeOneerlijke kortingen: Bedrijf A krijgt 50% korting en B 20% omdat ik de directeur aardiger vind (discriminerend), bedrijf A krijgt 10% korting als hij 1 jaar bij me koopt, 20% na 2 jaar, en 30% na 3 jaar (oneerlijke klantenbinding);
* [[Koppelverkoop]]: Bedrijf A mag alleen mijn PCpc's kopen als ze dan ook mijn printers kopen, al heeft A geen printers nodig;
* Engelse clausule: Een verplichting voor klanten om goedkopere offertes van concurrenten te melden.
* Een vreemde eend in de bijt is de discussie over [[concurrentiebeding]]en. Non-concurrentiebedingen kunnen in sommige gevallen eveneens als misbruik worden aangemerkt, daar de dominante onderneming op de [[arbeidsmarkt]] op deze manier alle kennis naar zich toe kan trekken.
 
Dergelijk gedrag kan een dominante onderneming zich veroorloven, omdat de klant geen keus heeft (slikken of stikken).
Dergelijk gedrag kan een dominante onderneming zich veroorloven, omdat de klant geen keus heeft (slikken of stikken). Dominant zijn mag dus op zich wel, maar een onderneming mag daar geen misbruik van maken.
 
== Handhaving ==