Socialistisch realisme: verschil tussen versies

Verwijderde inhoud Toegevoegde inhoud
k →‎Uitvoerende musici: clean up, replaced: chefdirigent → chef-dirigent (3) met AWB
Regel 75:
* Ook de muziek van [[Aleksandr Lokshin]] krijgt thans in het Westen volop aandacht. In 1948 werd zijn muziek in de ban gedaan en moest hij het conservatorium van Moskou verlaten; hij zou ‘ideologisch verkeerde muziek’ onder de aandacht van zijn studenten brengen. Lokshin was een groot bewonderaar van [[Alban Berg]] en [[Gustav Mahler]]. Hij kon zijn gezin onderhouden door veel theater- en filmmuziek te schrijven. Hij weigerde echter zijn compositiestijl en –voorkeuren te veranderen. Onder meer componeerde hij symfonieën op teksten van net zo verdachte dichters als [[Alexander Blok]] en [[Anna Achmatova]] en de Fransman [[Charles Baudelaire]]. Lokshin werd postuum gerehabiliteerd.
 
=== Ontwikkelingen na Stalin’sStalins dood ===
De alleenheerschappij van de gewenste muziekpolitiek hield zeker tot Stalin’sStalins dood aan. Stalin’sStalins overlijden viel toevalligerwijs op dezelfde dag als die van Prokofjef. (Dit kwam niet gelegen en daarom werd jarenlang officieel volgehouden dat Prokofjef één dag na Stalin was overleden.) Na Stalin’sStalins dood werd de doctrine wat milder geïnterpreteerd en toegepast.
 
Toch werden premières van vele composities uitgesteld, gedwarsboomd of met de grootst mogelijke voorzichtigheid benaderd. De première van Sjostakovitsj 13de symfonie veroorzaakte controverse o.m. omdat hij teksten van de dichter [[Yevgeny Yevtushenko]] (die moralist en ‘boudoirdichter’ werd genoemd) op muziek zette. De bas-solist die op de première zou zingen – Boris Gmyrya – trok zich onder partijdruk terug. [[Jevgeni Mravinski]], dé beoogde dirigent voor de première, deed hetzelfde zodat Sjostakovitsj [[Kirill Kondrasjin]] vroeg de première te verzorgen. Dit is slechts een voorbeeld van de manier waarop met een ‘zoon van de Sovjet Unie’ werd omgegaan. Andere componisten werden ook 20 jaar na Stalin’sStalins dood nog veelvuldig gedwarsboomd. [[Galina Oestvolskaja]] heeft opgemerkt dat zij componeerde voor het archief.
 
Weinig componisten hadden het lef de officiële weg te weerstaan, vooral ook omdat het hun inkomen – en dus gezin etc. – sterk negatief beïnvloedde. Lev Knipper gooide de handdoek in de ring en produceerde de gewenste vormen in zijn symfonieën om pas 5 jaar voor zijn dood meer experiment in zijn werk toe te staan. Sommige componisten trokken zich ver van de grote muziekcentra terug; sommige vonden troost in alcoholconsumptie. Gavriil Popov, enfant terrible en talent zoals zijn 1ste symfonie uit 1935 laat zien, schreef sporadisch nog in zijn modernistische stijl maar bereikte onder invloed nooit meer de grote artistieke hoogte die hij vermoedelijk had kunnen bereiken. Aleksandr Mosolov, die tot 8 jaar Goelag werd veroordeeld omdat hij dronken uit de componistenbond werd gegooid, paste zich direct aan. (Door interventie van medecomponisten kwam hij na 8 maanden vrij.)