Hans-Georg Gadamer: verschil tussen versies

Verwijderde inhoud Toegevoegde inhoud
Regel 37:
Het verstaan is volgens Gadamer in de eerste plaats praktisch in de aristotelische betekenis. De geesteswetenschappen zijn in de eerste plaats morele wetenschappen. Het verstaan geeft richting aan het menselijk handelen. In het verstaan staat de toepassing centraal, het verbindende begrip tussen verstaan en handelen is applicatie.
 
Applicatie houdt [[horizonversmelting]] in; het is het moment datwaarop het verstaan wordt toegepast. Tekst uit het verleden wordt nu uitgelegd en dient ook voor de toekomst. OmdatDoordat volgens Gadamer ieder verstaan een applicatief moment bezit, is in zijn visie alle verstaan mede op de toekomst gericht.
 
De applicatie bemiddelt tussen het algemene en het bijzondere; er is volgens Gadamer geen sprake van [[inductie (filosofie)|inductie]]. Iedere algemene wet wordt getoetst aan een concreet geval en een wet is eigenlijk leeg totdat ze toegepast wordt. In ons handelen, kunnen we geen beroep doen op absolute waarden en normen die zich 'mechanisch' laten toepassen. We zijn aangewezen op voortdurende herinterpretatie van waarden en normen die ons uit de traditie worden overgeleverd. Normatieve uitspraken maken aldus deel uit van de werkingsgeschiedenis.
 
==Gebreken en mogelijkheden van de hermeneutiek==