Nivellering (financieel): verschil tussen versies

Verwijderde inhoud Toegevoegde inhoud
Paul B (overleg | bijdragen)
Geen bewerkingssamenvatting
Regel 11:
De overheid kan ook nivellering toepassen bij gegeven bruto inkomens, door zodanige belastingtarieven en andere maatregelen (allerlei bijslagen en toeslagen) dat de besteedbare inkomens onderling relatief minder schelen dan de bruto inkomens; met andere woorden: door een hoge en/of met het inkomen toenemende [[marginale druk]].
 
Het bekendste is de [[Progressieve inkomstenbelasting|progressieve belasting]], waarbij het belastingpercentage gekoppeld is aan het inkomen of het vermogen van de belastingplichtige. Hoe meer men verdient/heeft, hoe hoger het percentage van het inkomen / vermogen dat men moet afdragen. Het toptarief in Nederland bedraagt momenteel 52%, maar was vroeger 72%. Ook inkomensoverdrachten zoals de bijstandsregeling en de voormalige [[Zalmsnip]], feitelijk een vorm van negatieve belasting, werken nivellerend. Een ander voorbeeld is het inkomensafhankelijk maken van de kinderbijslag, waarbij mensen met een hoger inkomen minder ontvangen. In aanloop naar de kabinetsformatie in 2012 is er veel te doen geweest over het inkomensafhankelijk maken van de zorgpremie ([[IAP]]), waarbij mensen met een hoger inkomen meer premie zouden gaan betalen. Nadat hierover veel commotie was ontstaan, heeft men in plaats hiervan gekozen voor een gedeeltelijke afbouw van de [[algemene heffingskorting]] (wat nivellerend is), en naast de opbouw van de [[arbeidskorting]] bij lage arbeidsinkomsten (denivellerend, stimuleert het werken) een verdergaande afbouw hiervan bij hogere inkomens (nivellerend).
 
==Zie ook==