Rhynia: verschil tussen versies

Verwijderde inhoud Toegevoegde inhoud
Addbot (overleg | bijdragen)
k Robot: Verplaatsing van 12 interwikilinks. Deze staan nu op Wikidata onder d:q310514
opmaak
Regel 4:
| naam = ''Rhynia''
| afbeelding = Rhynia reconstruction.jpg
| afbeeldingstekst = Reconstruction of ''Rhynia gwynne-vaughanii'', redrawn after<ref name=kenrick>{{aut|P. Kenrick, P.R. Crane}} (1997) ''The origin and early diversification of land plants. A cladistic study.'' Smithsonian Institution Press, Washington & London, ISBN 1-56098-729-4. Fig. 4.8, p. 101.</ref>
| rijk = [[Plant]]ae (planten)
| divisie = [[Rhyniophyta]] †
Regel 16:
| onderverdeling = ''R. gwynne-vaughanii''
}}
'''''Rhynia''''' was een [[geslacht (biologie)|geslacht]] van [[primitief (biologie)|primitieve]] [[vaatplant]]en uit het Onder-[[Devoon]]. De enige beschreven [[soort]] is ''Rhynia gwynne-vaughanii'', die gevonden is in de [[Schotland|Schotse]] [[Rhynie Chert]]. ''Rhynia'' was een [[sporofyt]]<ref>{{aut|Edwards}} (1980)</ref> en een [[Embryophyta|embryofyt]] die op het land leefde. Het geslacht was duidelijk verder ontwikkeld dan [[Bryophyta]]e en was [[basaal (biologie)|basaal]] voor moderne vaatplanten.
 
''R. gwynne-vaughanii'' werd voor het eerst als soort beschreven in 1917.<ref>{{aut|Kidston & Lang}} (1917)</ref> Later werd hier nog ''R. major'' aan toegevoegd, maar deze soort werd later omgedoopt in ''[[Aglaophyton]] major'', waarmee ze onder een ander geslacht valt. De [[fossiel]]e exemplaren uit de Rhynie Chert groeiden in de buurt van een [[Siliciumdioxide|silica]]rijke [[hete bron]]. ''Rhynia'' groeide samen met andere primitieve vaatplanten als ''[[Asteroxylon|Asteroxylon mackei]]'', een mogelijke voorouder van de [[Lycopsida]]; en met voorlopers van vaatplanten als ''Aglaophyton major'', een basale vorm voor alle echte vaatplanten.<ref name=Edwards1986>{{aut|Edwards D.S. Edwards}} (1986) ''Aglaophyton major'', a non-vascular land-plant from the Devonian Rhynie chert. Botanical Journal of the Linnean Society, 93- 173-204.</ref>
 
[[Bestand:Rhynia stem.jpg|left|thumb|Een doorsnede van een [[stam (plant)|stam]] van ''Rhynia gwynne-vaughanii'' uit de Rhynie Chert (Onder-Devoon).]]
''Rhynia'' had een [[wortelstok]] die over de bodem liep, waaruit vertakkingen in de vorm van [[stengel]]s omhoog groeiden. De vaten die vloeistoffen omhoog brachten ([[tracheïde]]n) waren versterkt met ringvormige of schroefvormige structuren, die in ''Aglaophyton'' nog misten.<ref>Zie voor de [[fysiologieplantenfysiologie]] bijvoorbeeld {{aut|Bateman ''et al''}} (1998); {{aut|Edwards}} (1980)</ref> Veel populaties moeten uit [[Klonen (biologie)|klonen]] hebben bestaan. Bewijs voor de voortplanting van de [[gametofyt]]e voortplanting zijn gevonden in de vorm van kleine bolletjes op de stammen van ''Rhynia'', die als fossiel de geslachtsnaam ''Remyophyton delicatum'' hebben gekregen.<ref>{{aut|Kerp ''et al''}} (2004)</ref> Net als bij ''Aglaophyton major'', ''[[Horneophyton]] lignieri'' en ''[[Nothia]] aphylla''<ref>Zie {{aut|Remy & Hass }}(1996) en {{aut|Remy & Remy}} (1980) over ''Aglaophyton''; {{aut|Remy & Hass}} (1991a) over ''Horneophyton'' en {{aut|Remy & Hass}} (1991b) over ''Nothia''</ref> waren de gametofyten van ''Rhynia'' slechts van één geslacht per as (mannelijk of vrouwelijk). Deze assen waren gevormd uit [[vaatcel]]len, in tegenstelling tot bijna alle gametofyten bij moderne [[varens]], uitgezonderd het geslacht ''[[Psilotum]]''.<ref>{{aut|Holloway}} (1939)</ref>
 
{{Appendix|2=