Hendrik I van Engeland: verschil tussen versies

Verwijderde inhoud Toegevoegde inhoud
Eric Ouwerkerk (overleg | bijdragen)
Eric Ouwerkerk (overleg | bijdragen)
Geen bewerkingssamenvatting
Regel 62:
Hendrik gebruikte [[Ministeriaal|ministerialen]] om recht en financiën te hervormen. Het rechtssysteem werd gebaseerd op het AngelSaksische recht, veel wetten werden gemoderniseerd en op schrift vastgelegd en Hendrik stelde een systeem van reizende rechters in. Er werd een systematische boekhouding ingevoerd voor de inkomsten en de uitgaven van de schatkist. Hendrik hervormde het muntstelsel en voerde strenge straffen in voor muntmeesters die knoeiden met het gehalte van edelmetalen in munten. Deze maatregelen werden apart van elkaar, zowel in Engeland als in Normandië ingevoerd.
 
Hendrik had de steun van de kerk hard nodig, zowel om zijn positie in Engeland te versterken als in het conflict met Robert. Hij werkte nauw samen met aartsbisschop Anselmus van Canterbury (bijvoorbeeld met [[Concilie|concilies]] voor de hervorming van de kerk in 1102 een 1108) maar kreeg ook te maken met diens strikte standpunt inzake de [[investituurstrijd]]. Anselmus volgde het standpunt van [[paus Urbanus II]] dat geestelijken niet onder het gezag van de vorst konden staan. Dit had er al toe geleid dat Anselmus door Hendriks broer Willem was verbannen maar Hendrik had hem terug laten komen omdat hij de steun van de kerk nodig had. Hendrik en Anselmus probeerden de kwestie door onderhandelingen op te lossen maar uiteindelijk koos Anselmus ervoor om weer in ballingschap te gaan, en Hendrik legde beslag op zijn inkomsten. In 1105 werd eindelijk een oplossing gevonden waarbij bisschoppen de vorst alleen zouden erkennen als leenheer voor hun wereldlijke goederen. In zijn eerste periode als koning benoemde Hendrik vooral vertrouwde hovelingen als bisschop. Vanaf ongeveer 1125 benoemde hij vooral geestelijken die de hervorming van de kerk steunden. In 1119 kwam Hendrik in conflict met zijn vriend Thurstan van Bayeux, de aartsbisschop van York. De aartsbisschop van Canterbury vond (net als Hendrik) dat zijn collega van York hem gehoorzaamheid moest zweren maar Thurstan weigerde dat. In 1119 was zijn benoeming hierdoor al vijf jaar opgehouden. In dat jaar bezocht Thurstan de paus en werd door hem geweid. Hendrik voelde zich bedrogen en verbande Thurstan tot de kwestie in 1120 werd opgelost.
Hij herenigde de gebieden van zijn vader, Engeland en Normandië, maakte een einde aan het conflict dat zijn broer had veroorzaakt met de Kerk en wist de bestuurders zover te krijgen dat zij na de dood van zijn enige zoon in 1120 zijn dochter [[Mathildis van Engeland|Mathilde]], echtgenote van de Duitse [[keizer Hendrik V]], als opvolger wilden aanvaarden.
 
Hendrik was aanvankelijk niet erg religieus maar zou zich na de dood van zijn zoon [[William Adelin]] (1120) en de huwelijkscrisis van zijn dochter [[Mathilde van Engeland]] (1129) meer voor het geloof zijn gaan interesseren. Hendrik steunde de [[orde van Cluny]], hij schonk een grot bedrag aan de [[abdij van Cluny]] en gaf grote schenkingen voor de stichting van de abdij van [[Reading (Engeland)|Reading]]. Daarnaast zorgde Hendrik voor het organiseren van [[reguliere kanunnik]]en volgens de Regel van [[Augustinus van Hippo|Augustinus]], stichtte hij [[lepra]]hospitalen en trog hij voorzieningen voor nonnenkloosters, en voor de grijze monniken van [[Savigny-le-Vieux]] en [[Thiron-Gardais]]
In 1121 hertrouwde hij met [[Adelheid van Leuven]], maar dat huwelijk bleef kinderloos. Hij had vele onwettige kinderen (zie hieronder).
 
 
In 1121 hertrouwde hij met [[Adelheid van Leuven]], maar dat huwelijk bleef kinderloos. Daarom liet hij zijn edelen zijn dochter Mathilde uit zijn eerste huwelijk, als erfgename erkennen. Hij had vele onwettige kinderen (zie hieronder).
 
Van 1109 tot 1113 en van 1116 tot 1120 voerde hij oorlog met Frankrijk.