Herre Halbertsma: verschil tussen versies

Verwijderde inhoud Toegevoegde inhoud
Geen bewerkingssamenvatting
Geen bewerkingssamenvatting
Regel 1:
'''Herrius (Herre) Halbertsma''' ([[Sneek (stad)|Sneek]], [[9 juli]] [[1920]] – [[Amersfoort]]<ref>[http://sites.google.com/site/halbertsmasneek/ Artikelen H. Halbertsma over de archeologie en geschiedenis van Sneek]</ref>, [[3 december]] [[1998]]) was een [[Nederland]]s archeoloog.
 
Halbertsma, een telg uit het Friese geslacht [[Halbertsma]], bracht zijn jeugd in Sneek door. In 1940 studeerde hij aan de [[Rijksuniversiteit Groningen]] geschiedenis, met [[archeologie|oudheidskundig]] bodemonderzoek als bijvak. Hij was een tijdje medewerker van [[Albert van Giffen|A.E. van Giffen]] en onder diens leiding deed hij enige ervaring op in het veld. Na zijn studie ging hij in 1947 werken bij de toen opgerichte [[Rijksdienst voor het Oudheidskundig Bodemonderzoek]] (ROB). Al gauw was Halbertsma betrokken bij diverse kerkrestauraties, waarbij oudheidskundigoudheidkundig bodemonderzoek een belangrijke aanvulling vormde op de bouwgeschiedenis. Het zijn vooral de talrijke kerkopgravingen geweest die hem naamsbekendheid gaven, met als hoogtepunt de [[Sint-Bonifatiuskerk (Dokkum)|Sint-Bonifatiuskerk]] en [[Grote of Sint-Martinuskerk (Dokkum)|Sint-Maartenskerk]] in [[Dokkum]], de [[Oldehove (gebouw)|Sint-Vituskerk]] in Leeuwarden en de [[Grote of Lebuïnuskerk]] in [[Deventer]]. Daarnaast publiceerde hij veel over de geschiedenis van Amersfoort, zo had hij jarenlang een vaste rubriek in de Amersfoortse Courant, 'Uit het Hart'.
 
Voor zijn verdiensten op het gebied van de Friese historie en oudheidkunde ontving hij in [[1958]] de [[ Dr. Joast Halbertsmapriis]] van de provincie Friesland. Bij zijn afscheid van de ROB in 1985 werd hij benoemd tot ridder in de Orde van Oranje Nassau.