Prins(es) van Oranje-Nassau: verschil tussen versies

'''Prins(es) van Oranje-Nassau''' is een titel die in de geschiedenis door vele leden uit het geslacht [[Oranje-Nassau]] werd gedragen en tegenwoordig specifiek wordt gebruikt door de leden van het [[Koninklijk Huis (Nederland)|Nederlandse Koninklijk Huis]].

In [[1901]] trouwde [[wilhelmina der Nederlanden|koningin Wilhelmina]] met [[Hendrik van Mecklenburg-Schwerin]] en hiermee dreigde uit de naam "Van Oranje-Nassau" het element 'Nassau' verloren te gaan. Dit werd echter voorkomen door een beroep te doen op een verdrag dat de verschillende takken van het [[Huis Nassau]] in [[1736]] hadden afgesloten. Koningin Wilhelmina bepaalde daarna bij [[Koninklijk Besluit]] in [[1937]] dat de naam Van Oranje-Nassau door alle kinderen van (destijds) [[Juliana der Nederlanden|prinses Juliana]] zou worden gedragen "''met en benevens den naam, welke Zij aan het Geslacht van Hunnen Vader ontlenen''". Daardoor droegen alle nakomelingen van Juliana de titel ''Prinsprins'' of ''Prinsesprinses van Oranje-Nassau''.

De ''[[Wet lidmaatschap koninklijk huis]]'' van 30 mei 2002 regelt wie lid is van het koninklijk huis en de daaraan verbonden titels. Volgens deze wet dragen alleen de [[Koningkoning der Nederlanden]], diens vermoedelijke opvolger (de [[Prins van Oranje|Prinsprins(es) van Oranje]]) en de koning die afstand heeft gedaan van het koningschap, de titel Prinsprins(es) van Oranje-Nassau als erfelijke titel. Andere leden van het [[Koninklijk Huis (Nederland)|Koninklijk Huis]] kunnen deze titel bij Koninklijk Besluit krijgen, al dan niet als persoonlijke, niet-erfelijke titel. Eveneens bij Koninklijk Besluit kan de persoonlijke titel Prinsprins(es) van Oranje-Nassau worden toegekend aan voormalige leden van het Koninklijk Huis.

Bij het huwelijk van [[Constantijn der Nederlanden|prins Constantijn]] en [[Laurentien Brinkhorst]] in [[2001]] heeft de Nederlandse regering besloten de verlening van de prinsentitel te beperken. De kinderen van dit prinselijk paar, ([[Eloise van Oranje-Nassau van Amsberg|Eloise]], [[Claus-Casimir van Oranje-Nassau van Amsberg|Claus-Casimir]] en [[Leonore van Oranje-Nassau van Amsberg|Leonore]]), hebben werd de adellijke titel ''[[Graaf (titel)|Graafgraaf]]'' of ''Gravingravin van Oranje-Nassau'' verleend, naast het predicaat van [jonkheer]]/jonkvrouw van Amsberg. Luana en Zaria, de dochters van [[Johan Friso van Oranje-Nassau van Amsberg|prins Johan Friso]] en [[Mabel Wisse Smit]] dragen ook alleen deze graventitel en het predicaat.

Alhoewel de [[Eerste Kamer der Staten-Generaal|Eerste Kamer]] en [[tweede Kamer der Staten-Generaal|Tweede Kamer]] het eens waren met het besluit van de regering om verlening van de prinsentitel te beperken waren er wel vragen. Zo zag de [[Volkspartij voor Vrijheid en Democratie|VVD]] niet in waarom de kinderen van prins Constantijn het met graaf moesten doen terwijl hun vader prins is en ze in theorie nog tot de troon kunnen worden geroepen. De VVD vond de naam- en titelgeving bij het koninklijk huis ook ronduit 'onsamenhangend'. [[Democraten 66|D66]] vroeg zich af of één en ander niet in strijd is met het [[adelsrecht]] en de [[ChristenUnie]] sprak van 'krenterigheid'. De niet-erfelijke prinsentitel is tenslotte ook verleend aan de kinderen van [[Margriet der Nederlanden|Prinsesprinses Margriet]].