De Vijf Koppen (watermolen): verschil tussen versies

Verwijderde inhoud Toegevoegde inhoud
Mexicano (overleg | bijdragen)
Regel 6:
De molen is vernoemd naar het nabijgelegen [[bolwerk]]. Deze [[middenslagmolen]] is de laagste die op de zuidelijke Jekertak werd gebouwd. Begin 16e eeuw gaf de stad Maastricht opdracht tot de bouw ervan, en in 1533 werd ze voor het eerst in pacht uitgegeven.
 
In 1814 kwam de molen in bezit van de gebroeders Lemaire, die hem verhuurden aan Jan Pieter Hubert Hanckar. Deze exploiteerde hier een [[lakennijverheid|lakenfabriek]] en gebruikte de molen als [[Volmolen (machine)|volmolen]]. In 1833 kreeg hij vergunning voor de plaatsing van een [[stoommachine]], de eerste in Maastricht, voor de aandrijving van een pomp. Uiteindelijk verplaatste hij zijn bedrijf naar de [[Weyermolens]] aan de Bonnefantenbleekstraat. Jean Baptiste pachtte nu de molen, en begon er in 1840 een [[vermicellifabriek]]. In 1847 werd de molen opnieuw verkocht, waarbij de vermicellifabriek reeds was ontruimd.
 
In 1864 kwam de molen in het bezit van de [[leerlooien|leerlooier]] Hendrik Coopman, die hem inrichtte als [[runmolen]]. Daarna bleef de molen in het bezit van diverse leerlooiers, om in 1908 door de gemeente Maastricht te worden gekocht, waarna het maalwerk en de waterwerken werd gesloopt. De molen en de aangrenzende fabrieksgebouwen werden tot woningen verbouwd en bestaan nog steeds.