Schoudergordel: verschil tussen versies

Verwijderde inhoud Toegevoegde inhoud
Edelhart (overleg | bijdragen)
k edit categorie + sjabloon skelet
herschreven
Regel 1:
De '''schoudergordel''' (''lat.: cingulum'') bestaat uit hetde sleutelbeenderen (''lat.: [[borstbeenclavicula]] (sternum), de twee sleutelbeenderen (claviculae'') en de beide schouderbladen (scapulae''lat.: [[scapula]]''). HetDe sleutelbeenschoudergordel vormtis aanvia proximalehet zijdegewricht eentussen gewrichthet metsleutelbeen en het borstbeen (''lat. Het sternoclaviculaire: [[gewrichtsternum]]''), ookhet wel''art. genoemdsternoclavicularis'' het(of SC-gewricht.), Het sleutelbeen vormt aan distale zijde een gewrichtverbonden met hetde schouderblad. Het acromioclaviculaire gewricht, ook wel genoemd het AC-gewricht[[thorax]].
 
In het streno-claviculaire gewricht kan om drie assen worden bewogen, waardoor de bewegingmogelijkheden van de bovenarm sterk worden vergroot. Bewegingen van de arm in de [[schouder]] gaan dan ook vrijwel altijd gepaard met bewegingen in de schoudergordel.
 
De verbinding tussen het sleutelbeen en het dak van het schouderblad (''lat.: acromion'') is een strak gewricht en wordt ook wel betiteld als het AC-gewricht.
 
Functioneel gezien behoort ook de cervicothoracale wervelkolom (de overgang tussen nek- en borstwervelkolom)en de aangrenzende ribben tot de schoudergordel. De bewegingen van de bovenarm gaan immers gepaard met een beweging van deze structuren.