Vorstendom Palts-Sulzbach (1615-1791): verschil tussen versies

Verwijderde inhoud Toegevoegde inhoud
Geen bewerkingssamenvatting
Regel 41:
[[Bestand:Christian August von Pfalz-Sulzbach.jpg|{{largethumb}}|left|Portret van [[Christiaan August van Palts-Sulzbach|Christiaan August]].]]
===Oprichting, oorlog en onafhankelijkheid===
In [[1614]] stierf [[Filips Lodewijk van Palts-Neuburg|Filips Lodewijk]] van Neuburg. Als oudste zoon erfde [[Wolfgang Willem van Palts-Neuburg|Wolfgang Willem]] het vorstendom Palts-Neuburg en de [[Nederrijn (Duitse regio)|Nederrijnse]] hertogdommen [[Hertogdom Gulik|Gulik]] en [[Hertogdom Berg|Berg]]. Na een lange strijd met zijn jongere broers stond Wolfgang Willem in [[1615]] het noordelijke deel van Palts-Neuburg als [[appanage]]s aan hen af. [[August van Palts-Sulzbach|August]] kreeg Sulzbach, [[Johan Frederik van Palts-Hiltpoltstein|Johan Frederik]] kreeg [[Palts-Hiltpoltstein|Hiltpoltstein]]. De twee nieuwe vorstendommen waren niet volledig zelfstandig: de ''[[landeshoheit]]'' of territoriale soevereiniteit bleef bij Palts-Neuburg. De twee vorstendommen waren daarom niet vertegenwoordigd bij in de [[Beierse Kreits]] of op de [[Rijksdag (Heilige Roomse Rijk)|Rijksdag]].
 
Wolfgang Willem had zich in [[1613]] bekeerd tot het Roomsrooms-katholicisme. Zijn broers waren echter Lutheraanslutheraans gebleven. De religieuze tegenstelling leidde meteen tot conflicten tussen de broers. Volgens het principe "''[[Cuius regio, eius religio]]''", dat in [[1555]] met de [[Godsdienstvrede van Augsburg|vrede van Augsburg]] was vastgelegd, had de heerser van een gebied het recht om het geloof van zijn onderdanen te bepalen. Wolfgang Willem beweerde dat dit recht afhing met zijn ''landeshoheit'' en probeerde tegen de wil van zijn broer August het Romsrooms-katholicisme in Palts-Sulzbach te ondersteunen. In [[1627]], tijdens de [[Dertigjarige Oorlog]], liet Wolfgang Willem Palts-Sulzbach bezetten en voerde hij de [[contrareformatie]] door. Alleen in de hofkerk bleef de Lutherse dienst toegestaan. Na de Zweedse inval in Duitsland in [[1630]] trad August in dienst van de [[Koninkrijk Zweden (1523-1814)|Zweedse]] koning [[Gustaaf Adolf van Zweden|Gustaaf Adolf]]. Terwijl August in [[1632]] in het gevolg van de Zweedse koning [[München]] binnentrok werd Sulzbach door Beierse troepen ingenomen en geplunderd. Korte tijd later wist een groep Zweedse ruiters de stad te heroveren. Na de Zweedse [[Slag bij Nördlingen|nederlaag bij Nördlingen]] in [[1634]] werd Sulzbach weer door Beieren bezet.
 
Paltsgraaf August stierf in [[1632]]. Hij werd opgevolgd door zijn oudste zoon, [[Christiaan August van Palts-Sulzbach|Christiaan August]], die vanwege de oorlog echter niet terug kon keren naar Sulzbach. Pas nadat in [[1648]] de [[Vrede van Westfalen]] gesloten werd, waarmee een einde kwam aan de Dertigjarige Oorlog, kon Christiaan August daadwerkelijk de regering van zijn vorstendom overnemen. In het vredesverdrag was afgesproken dat de religieuze situaties zoals die was in [[1624]] hersteld zou worden. Vanwege de ''landeshoheit'' van Palts-Neuburg bleef echter onduidelijk of dat ook voor Palts-Sulzbach gold. Op [[12 februari]] [[1652]] sloten Christiaan August en erfprins [[Filips Willem van de Palts|Filips Willem]] van Palts-Neuburg in [[Keulen (stad)|Keulen]] een overeenkomst, waarin ze Palts-Sulzbach tot [[simultaneum]] verklaarden. Katholieken en lutheranen kregen gelijke rechten en alle kerkgebouwen mochten door beide groepen gebruikt worden. Deze regeling was uniek voor die tijd: Palts-Sulzbach was het eerste vorstendom in het [[Heilige Roomse Rijk]] waar deze vorm van tolerantie werd toegepast.
Regel 52:
 
===Vereniging met de Palts en Beieren===
Christiaan Augusts opvolger [[Theodoor Eustachius van Palts-Sulzbach|Theodoor Eustachius]] probeerde door middel van [[mercantilisme|mercantilistische maatregelen]] de economie van het land te bevorderen. Hij kocht landerijen die in het bezit waren van edelen aan en richtte verschillende nieuwe [[Manufactuur (bedrijf)|Manufacturenmanufacturen]] oprichttenop. Vanwege een affaire waarbij een lading munitie uit Palts-Sulzbach die bestemd was voor het keizerlijke [[Arsenaal (algemeen)|Arsenaalarsenaal]] in [[Wenen]] in handen van de [[OttomanseOttomaanse Rijk|Turken]] was gevallen moest Theodoor Eustachius zich terugtrekken naar [[Dinkelsbühl]]. Hoewel de beschuldigingen tegen hem werden ingetrokken stierf Theodoor Eustachius op [[11 juli 1732]] in Dinkelsbühl, voordat hij het bestuur van Sulzbach weer op zich had kunnen nemen. Hij werd opgevolgd door zijn zoon [[Johan Christiaan van Palts-Sulzbach|Johan Christiaan]], die echter maar een jaar regeerde.
 
Ondertussen was duidelijk geworden dat het [[Huis Palts-Neuburg]] op het punt stond om in mannelijke lijn uit te streven. Zowel keurvorst [[Johan Willem van de Palts|Johan Willem]] ([[1658]]-[[1716]]) als zijn jongere broer [[Karel III Filips van de Palts|Karel III Filips]] ([[1661]]-[[1642]]) hadden geen erfgerechtigde kinderen. Hierdoor werd [[Karel Theodoor van Beieren|Karel Theodoor van Palts-Sulzbach]] de beoogde erfgenaam van de [[Paltsgraafschap aan de Rijn|Palts]], Palts-Neuburg en de hertogdommen [[Hertogdom Gulik|Gulik]] en [[Hertogdom Berg|Berg]]. Via zijn moeder erfde Karel Theodoor daarnaast nog het [[Markiezaat van Bergen op Zoom]]. Karel Theodoor werd in [[Mannheim]] opgevoed en bezocht Sulzbach maar twee keer in zijn leven. Toen Karel Theodoor in [[1742]] zijn erfenis in bezit nam verloor Palts-Sulzbach zijn belang als zelfstandig vorstendom. In de Beierse Kreits werden de stemmen van Palts-Sulzbach en Palts-Neuburg verenigd. Wel hield het vorstendom zijn eigen zelfstandige regering. Het vorstendom werd in [[1765]] zelfs uitgebreid met het ''Pflegemat'' [[Pleystein]]. In [[1767]] werd Sulzbach weer een residentie nadat Karel Theodoors nicht [[Maria Francisca Dorothea van Palts-Sulzbach|Maria Francisca Dorothea]] het kasteel als [[weduwezetel]] uitkoos.
Regel 68:
 
==Economie==
Evenals andere Duitse vorstendommen was Palts-Sulzbach een overwegend agrarisch gebied. Paltsgraaf [[Theodoor Eustachius van Palts-Sulzbach|Theodoor Eustachius]] probeerde door middel van [[Mercantilisme|mercantilistische]] maatregelen de economie van zijn land te versterken. Hij bevorderde de ontwikkeling van [[Proto-industrie|proto-industriële]] werkplaatsen en kocht adellijke landgoederen op die als landsheerlijke [[domeinen]] bestuurd werden. In [[1709]] werd bij Sulzbach een [[kruitmolen|molen]] voor het malen van [[Buskruitbuskruit]] geopend en in [[1710]] volgenden twee [[Papiermolenpapiermolen]]s in [[Vohenstrauß]] en [[Edelsfeld|Sigras]]. Tussen [[1717]] en [[1719]] werd in [[Weiherhammer]] een [[hamersmidse]] met een [[hoogoven]] gebouwd.
 
==Cultuur==
Vooral tijdens de regering van [[Christiaan August van Palts-Sulzbach|Christiaan August]] speelde Palts-Sulzbach een grote rol op cultureel gebied. De paltsgraaf was persoonlijk geïnteresseerd in [[theologie]] en [[theosofie]] en nodigde kenners van deze studies uit om zijn hof te bezoeken. Sulzbach groeide door Christiaan Augusts [[Mecenas|mecenaat]] uit tot een centrum voor de studie van de [[alchemie]], de [[kabbala]], de [[Hermetisme|hermetiek]] en het [[Neoplatonismeneoplatonisme]]. De belangrijkste geleerden aan het Sulzbachse hof waren [[Franciscus Mercurius van Helmont]] en [[Christian Knorr von Rosenroth]], die zich vooral bezighield met de studie van het [[Hebreeuws]] en de [[Kabbala]].
 
Christiaan August gaf ook drukprivileges aan de protestantse Abraham Lichtentaler en de joodse Isaak Kohen. In de [[18e eeuw]] werden in hun werkplaatsen werken gedrukt die in het hele zuiden van Duitsland, [[Pools-litouwse gemenebest|Polen]], [[Koninkrijk Bohemen|Bohemen]] en Oostenrijk verspreid werden, waaronder uitgaven van de [[Zohar]] en de [[Talmoed]].<ref>Handbuch der bayerischen Geschichte, blz. 138.</ref>