Discours sur les sciences et les arts: verschil tussen versies

Verwijderde inhoud Toegevoegde inhoud
k Linkfix ivm sjabloonnaamgeving / parameterfix
Regel 4:
 
==Beschrijving==
Rousseau schreef het ''Discours'' in antwoord op een advertentie die verscheen in een editie (17491750) van de ''Mercure de France'', waarin de ''Académie des Sciences, Arts et Belles-Lettres de Dijon'' een prijs uitloofde voor een opstel dat antwoord zou geven op de vraag: ''Heeft het herstel van de wetenschappen en kunsten bijgedragen tot een hogere moraal?'' Volgens Rousseau: ''Een moment nadat ik deze advertentie had gelezen zag ik een geheel ander universum voor mij en voelde mij een andere man.'' Hij ontwikkelde de gedachtengang die hij de rest van zijn leven zou blijven uitdragen, namelijk dat de ontwikkeling in beschaving een vernietigende invloed op menselijke individuen had. Hij won de eerste prijs in genoemde wedstrijd; dit was het begin van een loopbaan, die anders die van schrijver van onbekende muziek- en toneelstukken zou zijn geweest, als beroemd filosoof.
 
De theorie van Rousseau was controversieel en er kwamen veel reacties op. Jules Lemaître noemde later de theorie van Rousseau ''een van de sterkste bewijzen van de stompzinnigheid van de mensheid.'' De schrijver zelf beantwoordde vijf critici in de twee jaar nadat hij de prijs had gewonnen. Onder deze vijf antwoorden waren brieven gericht aan [[Stanislaus Leszczyński]], koning van [[Polen]], Guillaume Thomas François Raynal en M. Charles Bordes. De reacties op zijn theorie gaven hem helderheid met betrekking tot de zuiverheid van zijn theorie en hij begon een thema te ontwikkelen, dat hij verder uitwerkte in zijn geschrift ''Discours sur l'origine et les fondements de l'inégalité parmi les hommes.'' Misbruik van de kunst en wetenschappen zou volgens hem de mensheid, die van nature goed was, leiden tot verderf. Met name een overdadige levenswijze en de politiek werden door Rousseau gezien als bijzonder schadelijk. Hij had later enigszins ambivalente gevoelens over zijn eerste geschrift; in een brief beschreef hij het als zijn belangrijkste geschrift en slechts een van de drie, waarin hij zijn filosofische theorie had ontwikkeld (de anderen waren ''[[Discours sur l'origine et les fondements de l'inégalité parmi les hommes]]'' en ''[[Emile, of Over de opvoeding|Émile, ou De l’éducation]])''. Bij een andere gelegenheid kwalificeerde hij zijn eersteling echter als ''op zijn best gemiddeld.''