Schacht (studenten): verschil tussen versies

Verwijderde inhoud Toegevoegde inhoud
Geen bewerkingssamenvatting
Mexicano (overleg | bijdragen)
k wijziging op verzoek, zie Wikipedia:Verzoekpagina voor bots met AWB
Regel 3:
In [[Vlaanderen]] is een '''schacht''' een [[commilito]] die kandidaat-lid is van een [[studentenvereniging]] of een [[studentenclub]]. Tijdens dit eerste jaar bij de vereniging moet dit kandidaat-lid zichzelf nog bewijzen en staat een gans jaar ten dienste van de andere commilitones. De schachten vallen onder de verantwoordelijkheid van de [[Schachtenmeester|schachtenmeester of schachtentemmer]], die hen de gebruiken en tradities aanleert.
 
Een eerstejaars is pas schacht na de eigenlijke doopceremonie. De tijd voor de [[doop (studenten)|doop]] wordt de kandidaat [[Novitius|feut]] of [[foetus]] genoemd, al is dit niet gebruikelijk in alle studentensteden (o.a.onder andere Brussel kent dit niet). In sommige [[studentenclub|clubs]] in het [[Gent]]se wordt een eerstejaars voor zijn doop ook [[embryo]] genoemd.
 
Bij de doop krijgt de schacht in sommige clubs een [[Peterschap|peter]] toegewezen die medeverantwoordelijk is voor de daden en opleiding van de schacht. Aan de Vrije Universiteit Brussel is dit gebruik echter niet in zwang en zijn voornamelijk de Doopmeester en Schachtentemmers verantwoordelijk voor de "opleiding". Bij veel studentenclubs is het de bedoeling dat peter en petekind gedurende het jaar goede vrienden worden. Velen zetten dit gebruik ook na hun schachtenjaar verder. Na verloop van tijd ontstaan er echte [[bierfamilie]]s binnen de vereniging, van opeenvolgende generaties peters en petekinderen. Als de [[Peterschap|peter of meter]] op de [[gang (bouw)|gang]] van de desbetreffende studentenvereniging zit (een echte gang met enkel mensen uit die studentenvereniging, liefst nog uit het [[presidium]]) dan wordt deze schacht ook wel een gangschacht genoemd. Gangschacht zijn is in sommige studentenverenigingen een echte eer, in andere dan weer een ware hel.