Fout (statistiek): verschil tussen versies

Verwijderde inhoud Toegevoegde inhoud
Mysticyx (overleg | bijdragen)
Mysticyx (overleg | bijdragen)
Regel 18:
In de rechtspraak kan een fout van de eerste soort gezien worden als het onterecht veroordelen van een onschuldige, en een fout van de tweede soort als de vrijspraak van een schuldige bij gebrek aan bewijs.
 
Net zoals het in de Nederlandse rechtspraak ernstiger wordt bevonden een onschuldige te veroordelen, dan een schuldige vrij te spreken, wordt in de praktijk van statistische toetsen ook een fout van de eerste soort ernstiger geacht dan een fout van de tweede soort. Daarom wordt in eerste instantie de onbetrouwbaarheid van een toets klein gehouden door er een kleine bovengrens, de onbetrouwbaarheidsdrempel, aan te stellen. Typische waarden hiervoor zijn 5%, 1% en 0,1%. Het laat zich natuurlijk niet vermijden dat een zekere kans op een fout van de eerste soort blijft bestaan. Immers hoe kleiner men de onbetrouwbaarheid kiest, hoe groter de kans op een fout van de tweede soort wordt, tenzij men de steekproefomvang opvoert. Zou men een fout van de eerste soort willen uitsluiten, dan dient men de nulhypothese nooit te verwerpen, maar dit zou de bedoeling van de test ondergraven.
 
[[Categorie:Statistiek]]