Neuprick: verschil tussen versies

Verwijderde inhoud Toegevoegde inhoud
tegenwoordige status
kGeen bewerkingssamenvatting
Regel 20:
==Geschiedenis==
Voor de Neuprick bestond reeds de ''Prickoul'', waar sinds [[1645]] kolen werden gewonnen. De groeve was genoemd naar de [[Aken_(stad)|Akense]] familie Prick die het recht tot kolenwinning van de [[abdij]] Kloosterrade (later bekend als [[Rolduc]]) pachtte.
De pacht liep tot [[1741]] waarna de abdij de rechten om kolen te winnen introk om zelf de kolenwinning te gaan leiden. In 1796 werd de abdij door de fransen ontbonden en de monniken vertrokken. In Bleijerheide werden in 1808 twee concessies uitgegeven die de ondiepe kolen exploiteerden. De Prickmijn was tot 1846 produktiefproductief.
 
In 1852 werd in Maastricht de naamloze vennootschap Pannesheider Mijnvereniging opgericht met als zetel Kerkrade die tot doel had de mijn Prick opnieuw te ontginnen onder de naam Neuprick. De eigenaar was de duitse ''Pannesheider Bergwerksverein'' die in 1841 was gesticht, aandeelhouders waren onder andere de [[Eschweiler Bergwerksverein]] en Adele Cockerill, de laatste erfgename van de Eschweiler steenkoolmagnaat [[James Cockerill]].<ref>Oprichtingsakte NV Pannesheider Mijnvereniging, Nederlandse Staatscourant 12 oktober 1852, blz 5 [http://resources3.kb.nl/010785000/pdf/DDD_010787176.pdf online koninklijke bibliotheek Den Haag]</ref>