Orchideeën. Een bundel poëzie en proza: verschil tussen versies

Verwijderde inhoud Toegevoegde inhoud
→‎Kritiek: +Couperus over de kritiek
Regel 20:
===Kritiek===
J.N. van Hall besprak opnieuw deze bundel positief, net als enkele anderen. Maar niet iedereen was positief, en met name [[Willem Kloos]] besprak de bundel uiterst negatief en noemde Couperus’ poëzie “om helsch te worden”.<ref>Zie het artikel van Menno Voskuil; zie ook verwijzingen via [http://www.louiscouperus.nl/publicaties/database/ database [[Louis Couperus Genootschap]]].</ref>
 
Na alle kritiek schreef Couperus opnieuw aan zijn zus, waarschijnlijk rond april 1884: "Al die onbekende kaereltjes N.N., X, Y, Z, Homuncules [onder welke naam de dichter [[Albert Verwey]] scuil ging], al die pseudoniempjes laten mij koud, of ze mij prijzen of berispen. Vindt mij hierom niet verwaand, want dat ben ik inderdaad niet; ik ben de eerste om te erkennen, dat mijn gedichten verre van volmaakt zijn, en iets, dat ik twee maanden geleden schreef, kan mij thans ternauwernood meer bevallen. (''Santa Chiara'' b.v. vind ik thans zéér zwak op sommige plaatsen!) Maar ik ompantser mij met zekere onverschilligheid… Ik wil mij niet van mijn stuk laten brengen".<ref>Paul Ekhard, Paul [=Gerard de la Valette, echtgenoot van Trudy en zwager van Couperus], 'Louis Couperus', in: ''De nieuwe courant'', 10 juni 1913; herdrukt in ''Maatstaf'' 11 (1963-1964), p. 155.</ref>
 
==Bibliografie==