Le Sacre du printemps: verschil tussen versies

Verwijderde inhoud Toegevoegde inhoud
Regel 53:
 
Ook de choreografie van Vaslav Nijinsky was vernieuwend en had nauwelijks iets met traditioneel ballet te maken. De première op 29 mei 1913 was dan ook verre van succesvol. Al direct na de eerste noten kwamen delen van het publiek in opstand. Voor- en tegenstanders gingen zelfs met elkaar op de vuist. Het stuk kon alleen maar uitgespeeld worden doordat inderhaast opgetrommelde gendarmes enige rust in de zaal herstelden. Het kostte Monteux veel moeite onverstoorbaar door te dirigeren.<ref>John Canarina: ''Pierre Monteux, Maître''. Amadeus Press, Pompton Plains, New Jersey, 2003. ISBN 1574670824</ref>. Vooruitstrevende kunstenaars als [[Jean Cocteau]], [[Gertrude Stein]] en [[Maurice Ravel]] waren in de zaal aanwezig. Ravel zag direct het belang in van de muziek. In een brief aan een vriend schreef hij dat die beslist moest gaan luisteren: de première zou een belangrijke betekenis hebben in de muziek. Ravel zelf nam van harte deel aan de rellen tijdens de première. Toen hij aan een buurvrouw aangaf dat ze stil moest zijn omdat hij wilde luisteren en zij reageerde met "vuile jood", waren de rapen gaar.
Het verhaal gaat dat Monteux na afloop het gebouw via het wc-raampje moest verlaten omdat hij het er anders niet levend van af zou brengen<ref>Een "[[wanderlegende]]": hetzelfde zou [[Richard Wagner]] zijn overkomen bij zijn eerste opvoering in Parijs.</ref>.
 
De dag na de opvoering stond er in de kranten: ''"Ce n'est pas le sacre du printemps, mais le massacre du tympan" (Het is niet het lenteoffer, maar de slachting van het trommelvlies)''. Het was overigens niet zozeer Stravinsky's muziek die het grootste tumult veroorzaakte, maar vooral Nijinsky's choreografie, die woester en wilder was dan wat men ooit had meegemaakt. De vraag werd opgeroepen of een ballet waarbij de dansers, gekleed als boeren, met hun lichaam schudden en met hun voeten stampten, de naam ballet nog wel waardig was. Zowel de dansers als de orkestleden hadden moeite met de ongewone [[ritme|ritmische]] accenten en de vele [[maatwisseling]]en. De tweede uitvoering op 4 juni verliep overigens veel rustiger en Ravel, opnieuw in de zaal aanwezig, merkte op dat de muziek zelfs te horen was geweest.