Beierse Successieoorlog: verschil tussen versies

Verwijderde inhoud Toegevoegde inhoud
Geen bewerkingssamenvatting
Geen bewerkingssamenvatting
Regel 4:
|image=
|caption=
|date=[[1778]] - [[1779]]
|place='''[[Europa (werelddeel)|Europa]]:''' [[Bohemen]]
|casus=
Regel 27:
Toen met keurvorst [[Maximiliaan III Jozef van Beieren|Maximiliaan III Jozef]] in 1777 de Beierse tak van het Huis [[Wittelsbach]] uitstierf, sloot Oostenrijk - geregeerd door [[Maria Theresia van Oostenrijk (1717 – 1780)|Maria Theresia]] en haar zoon [[Jozef II van het Heilige Roomse Rijk|Jozef II]] - met erfgenaam [[Karel Theodoor van Beieren|Karel IV Theodoor van de Palts]] een verdrag waarin deze [[Neder-Beieren]] en delen van de [[Opper-Palts]] afstond.
[[File:Friedrich der Grosse und der Feldscher.jpg|thumb|left|22opx|Frederik de Grote en de [[hospik]], ca. 1793-95.]]
Frederik II wilde een verdere machtsuitbreiding van Oostenrijk echter voorkomen en haalde [[Karel II van Zweibrücken]] en [[Frederik August I van Saksen|Frederik August III van Saksen]], die beide ook aanspraak maakten op Beieren, over protest aan te tekenen. Toen Oostenrijk hieraan geen gehoor afgaf, vielen Pruisen en Saksen het Oostenrijkse Bohemen binnen. De inval verliep vrijwel geheel zonder bloedvergieten en werd beëindigd door het [[Congres van Teschen]], waarin door [[Rusland]] en [[Frankrijk]] bemiddeld werd. Op dit congres werd bepaald dat Oostenrijk afstand deed van vrijwel geheel Beieren (behalve het [[Innviertel]]) ten gunste van Karel Theodoor. Voorts mochten [[Brandenburg-Ansbach]] en [[Brandenburg-Bayreuth]] met Pruisen worden verenigd en kreeg Saksen een schadevergoeding voor het opgeven van zijn aanspraak op Beieren.
 
De Beierse successieoorlog staat te boek als de laatste oorlog van Frederik de Grote.