Historische edelsmeedtechnieken: verschil tussen versies

Verwijderde inhoud Toegevoegde inhoud
Prompter (overleg | bijdragen)
goudborduren
Prompter (overleg | bijdragen)
toev. zie ook
Regel 126:
Een belangrijke eigenschap van goud en zilver is hierbij hun hoge [[ductiliteit]]. Van 1 gram goud kan bijvoorbeeld een draad van 2 km. lengte getrokken worden. Voor het vervaardigen van deze lange draden kan vanaf de uitvinding in 1697 de pletmolen worden gebruikt. Voor die tijd was de geëigende techniek de draad met behulp van een tang door steeds kleinere openingen te trekken. Hierdoor wordt de draad telkens dunner en langer.<ref>[http://www.forth-armoury.com/research/wire/wire_draw_by_hand.jpg vijftiende-eeuwse afbeelding uit Duitsland van deze techniek]</ref> Deze lange dunne draden worden vervolgens in elkaar gedraaid of gevlochten. Het resultaat werd in de [[Klassieke oudheid]] vooral gebruikt als een onderdeel van sieraden. In de [[Karolingisch]]e en [[romaanse kunst|romaanse]] periode werd filigraan voornamelijk gebruikt om andere vormen te accentueren. Zo worden ingelegde [[cabochon]]s vaak met filigraanwerk omzoomd. Met de uitvinding van de pletmolen kan het filigraanwerk ruimer toegepast worden. Juwelenkistjes, bestek en andere kleine voorwerpen worden dan volledig uit filigraan samengesteld.<ref>[http://collections.vam.ac.uk/objectid/O91571 Een uitzonderlijk groot object uit filigraanwerk is deze zeventiende-eeuwse Spaanse dienschotel in de collectie van het Londense Victoria & Albert Museunm]</ref>
 
{{Zie ook|Zie ook: [[Goudborduren]]; voor het werken met een zijden of katoenen draad, die met getrokken (edel)metaal is omwikkeld.}}
 
=== Damasceren ===