Keperbinding: verschil tussen versies

Verwijderde inhoud Toegevoegde inhoud
Geen bewerkingssamenvatting
/ kleine opmaakdingetjes, geen wikify meer
Regel 1:
{{Wikify|Op Wikipedia gebruikt men kopjes en geen < big >s|2=2012|3=08|4=18}}
[[Bestand:TwillSample.jpg|thumb|225px|Keperweefsel, te herkennen aan de diagonale lijnen. Dit is een 2/2 keper.]]
[[Bestand:22twillsm.png|thumb|225px|Structuur van 2/2 keper.]]
Regel 18 ⟶ 17:
Wanneer we bovenop het weefsel meer inslag dan ketting hebben, dan spreken we van inslagkepers, bij meer ketting dan inslag spreken we van kettingkepers. Is er tenslotte evenveel ketting- als inslageffect, dan noemen we dit gelijkzijdige kepers. Als regel worden keperbindingen ook aangegeven met het aantal schaften waarmee ze worden geweven.
 
== Categorieën. ==
We onderscheiden:
# Eengraadskepers.
Regel 27 ⟶ 26:
# A-symmetrische kepers.
 
== Kenmerken. ==
 
== Kenmerken. ==
De stijging van de keperlijn wordt aangegeven in graden.
# Kepers 27° - Hierbij stijgt de kruising 1 inslag per 2 kettingdraden.
Regel 34 ⟶ 32:
# Kepers 63° - Hierbij stijgt de kruising 2 inslagen per kettingdraad.
# Kepers 72° - Hierbij stijgt de kruising 3 inslagen per kettingdraad.
# Kepers 76° - Hierbij stijgt de kruising 4 inslagen per kettingdraad.<br /><br />
 
== Speciale kepers 63º. ==
'''Rijbroekbinding (elastiekband of kousentrico).'''
* Elke kettingdraad heeft per rapport 2 lange flotteringen.
* De hoogte is steeds 2 keer de breedte.
* Naast de lange kettingflotteringen komen 1 of 2 korte flotteringen per rapport voor.
 
'''Gabardinebinding.'''
* Elke kettingdraad heeft per rapport 1 lange flottering.
* De hoogte van de binding is altijd oneven, dus is zij altijd even hoog als breed.
* Naast de lange flottering heeft de kettingdraad 1 of meer flotteringen per rapport.
 
'''Whipcordbinding.'''
* Deze binding wordt veel gebruikt voor uniformstoffen.
 
 
== Samenstellingen met keperbindingen. ==
=== Onderbroken kepers ===
Deze keper geeft een schuine diagonale lijn over de stof. Door die schuine lijn op een bepaald punt af te breken en van een ander punt in dezelfde richting verder te laten gaan, ontstaat de zogenaamde onderbroken keper.
Regel 58 ⟶ 55:
Een 2/2-keper van 45°, dus 4 draden, vervolgen we met nog een keperstuk van 4 draden. Het nieuwe keperstuk moet dan beginnen naast het inslageffect van de laatste kettingdraad. Het bindingsrapport is pas volledig bij 16 draden, omdat dan bij de laatste draad inslageffect staat op de plaats, waar bij de eerste draad kettingeffect staat en omgekeerd.
 
* '''Onderbroken kepers met keperstukken van ongelijke lengte.'''
Deze keper is niet moeilijker, doch er moet op worden gelet, dat alle keperstukken op snijding staan en ook, dat het rapport moet eindigen op de laatste groep.
 
* '''Onderbroken kepers in ruitvorm.'''
Deze ontstaan, door de keperstukken niet alleen náást, maar ook boven elkaar op snijding te plaatsen, waardoor een ruiteffect ontstaat.
 
=== Gebroken kepers. ===
* '''Op snijding staande gebroken kepers (visgraat).'''
Hierbij staat een rechtse met een linkse keper op snijding.
 
* '''Niet op snijding staande gebroken kepers (spitskeper).'''
Hierbij is de eerste draad van het nieuwe keperstuk gelijk aan de voorlaatste draad van het voorgaande keperstuk.
 
* '''Gebroken kepers in ruitvorm op snijding.'''
 
* '''Gebroken kepers in ruitvorm niet op snijding (op de punt staande of chinese ruiten).'''
 
=== Gevlochten kruiskepers. ===
Dit is een vlechtwerkje van linkse en rechtse keperlijntjes, die loodrecht op elkaar staan. Het aantal vind men, door het schaftgetal te delen door de grootte van de grondbinding. De lengte van de keperlijnen is het schaftgetal, gedeeld door 2.
Voorbeeld:
: 8-schafts gevlochten kruiskeper, grondbinding 2/2, stijging 1.
: Het aantal keperlijnen is nu 8 : 4 = 2.
: De lengte van de keperlijnen is 8 : 2 = 4.
 
=== Schroefkepers. ===
Deze binding wordt zo genoemd, omdat de keperlijntjes als in de vorm van een schroefdraad omhoog lopen. Het overblijvende deel wordt dan opgevuld met linkse keper of ook wel met delen van andere bindingen.