Louis de Rouvroy: verschil tussen versies

Verwijderde inhoud Toegevoegde inhoud
k Linkfix ivm sjabloonnaamgeving / parameterfix
Regel 1:
[[Bestand:Louis de Rouvroy duc de Saint-Simon.jpg|thumb|right|225px|Saint-Simon door Perrine Viger-Duvigneau naar [[Hyacinthe Rigaud]], Kasteel van [[Versailles]]]]
'''Louis de Rouvroy''' (of '''Rouvray'''), '''hertog van Saint-Simon''' ([[16 januari]] [[1675]]- [[2 maart]] [[1755]]) was een Frans hoveling en auteur van een omvangrijke geschiedenis van het Franse hof, genaamd de ''[[Autobiografie|Mémoires]]'': een zurige en onovertroffen beschrijving van gebeurtenissen en personages tijdens de laatste regeringsjaren van de Zonnekoning en de 8 jaar durende régence.
 
==Algemene situering==
Regel 20:
De vernedering van een quasi-faillissement bleef hem niet bespaard. De problematische financiën van zijn vader waren in de afgelopen eeuw nog vergroot, door het dure hofleven, de verschillende residenties, en in het bijzonder door de geldverspilling rond de speciale ambassade in Spanje (5 maanden onderweg met een gevolg van 200 man, met grote feesten en recepties). In 1748 legde een syndicaat van schuldeisers beslag op zijn inkomsten. De familiale solidariteit viel uiteen: zijn weduwe-schoondochter deed hem een proces aan omdat hij haar de toegezegde rente (douaire) niet meer kon betalen.
 
Saint-Simon werd in de dood voorgegaan door zijn echtgenote en zijn zoons (beide hadden een militaire carrière achter de rug). Daarmee was de korte hertogelijke dynastie uitgestorven (latere Saint-Simons behoorden tot oudere takken van de familie).
 
Saint-Simon viel op door zijn gehechtheid aan zijn echtgenote. Hij was haar ook trouw, wat aan het hof uitzonderlijk was. Toen de hertogin stierf liet hij haar in een kist die aan één zijde open was, begraven in een grafkelder onder de kerk in [[La Ferté-Vidame]]. Zijn kist moest te zijner tijd bij de hare aansluiten. In 1793 drongen de door de Franse Revolutie begeesterde burgers van La Ferté-Vidame de hertogelijke grafkelder binnen. Zij vernielden de kisten en wierpen beide skeletten in het midden van het dorp voor de honden.<ref>[[Harold Nicholson]] in De [[De Eeuw der Rede (boek)|Eeuw van de Rede]]. Blz. 26</ref>
Regel 33:
Er is ook suspens: een hoogtepunt van het werk zijn de beschrijvingen van de "lits de justice", de parlementsbijeenkomsten, waarin na de dood van Lodewijk XIV de hertogen, onder leiding van Saint-Simon, de Regent onder druk zetten en uit naam van de minderjarige koning het testament van Lodewijk nietig doen verklaren.
 
De ''Mémoires'', zijn geschreven tussen 1694 en 1750; pas in 1739 begon hij aan de uiteindelijke versie. Na zijn dood zijn vijf kisten met schriften, portefeuilles en brieven in beslag genomen. Ze werden na enige omzwervingen in het archief van het Franse ministerie van Buitenlandse Zaken ondergebracht. Nog vóór de Franse revolutie verschenen er enige gedeeltelijke en slordige uitgaven, die zeer de aandacht trokken. In 1829 zijn de complete ''Mémoires'' gedrukt. De moderne Franse editie beslaat achtduizend bladzijden en vult zeven delen dundruk. In 1996 verscheen een bloemlezing in het Nederlands bij [[De Arbeiderspers]].
 
==Tekst van de Mémoires==
Regel 41:
Dit '''Saint-Simonisme''' waarin wordt onderkend dat protocol en hiërarchie ordenende principes in iedere beschaving en in ieder stam of samenlevingsverband zijn waarbij men, in de ogen van Saint-Simon, beschaafder is naarmate men deze omgangsvormen meer uitbreidt en strikter handhaaft staat in scherp contrast tot de gedachten over een "nobele wilde" zoals die door [[Jean-Jacques Rousseau]] in zijn "Discours sur l'inégalité" (1754) werden verkondigd.
Saint-Simon heeft de socioloog [[Norbert Elias]] geïnspireerd bij het schrijven van zijn "Über den Prozeß der Zivilisation" (1939) in het Frans "La civilisation des Mœurs" geheten.
 
== Literatuur ==
* CHERUEL, ''Saint-Simon considéré comme historien de Louis XIV'', 1865
Regel 49 ⟶ 50:
* [[Norbert Elias]], ''Über den Prozeß der Zivilisation'', 1939
* [[Emmanuel Le Roy Ladurie]], ''Saint-Simon ou le système de la Cour'', Fayard, 1997
* Alphonse DE WAELHENS, ''Le duc de Saint-Simon immuable comme Dieu et d'une suite enragée'', Brussel, Facultés universitaires Saint-Louis, 1981
 
{{refsAppendix}}
 
{{DEFAULTSORT:Rouvroy, Louis De}}