Willem Visser (burgemeester): verschil tussen versies

Verwijderde inhoud Toegevoegde inhoud
Pvt pauline (overleg | bijdragen)
KeesKnoest (overleg | bijdragen)
k naamcorrectie voor link
Regel 31:
Op 1 juni 1947 volgde zijn benoeming tot burgemeester van [[Den Haag]] en op 6 juni werd hij geïnstalleerd. Op 23 mei 1949 volgde ontslag als burgemeester van Den Haag, vanwege een [[deviezen]]-affaire .<ref>http://www.parlement.com/9291000/biof/17989 Mr. W.A.J. Visser] (parlement.com)</ref> Deze deviezen betroffen in Zwitserland veilig gesteld vermogen van de in Zeist woonachtige [[Nationaal-Socialistische Beweging|NSB-er]] Bonté, dat door de overheid niet in beslag genomen kon worden.
 
Bonté had aan Visser gevraagd om voor hem het geld van de bank te halen, omdat hij in geldnood zat; Visser zou een beloning krijgen. Het geld zat geborgen in een enveloppe die aan minister-president Beel was gericht.<ref>De Waarheid; 16 juni 1949</ref> Visser stelde dat hij het geld had gebruikt voor een liefdadig doel, terwijl de [[officier van justitie]] en de medeplichtige Willem Bos stelden dat het voor Inlichtingendiensten was gebruikt.<ref>De Waarheid; 15 december 1949</ref> Tijdens de rechtszaak bleek dat Visser een deel van het geld voor zichzelf behouden had. Bos beweerde dat de rest van het geld overhandigd was aan [[JohanJohann Gottlieb Crabbendam]] van de afdeling bestrijding communisme van de [[Binnenlandse Veiligheidsdienst]]<ref>Het Binnenhof; 14 december 1949</ref>.
 
Om aan arrestatie te ontsnappen dook Visser onder, eerst in de Ursula-kliniek van dr. [[Ed Hoelen]] in [[Wassenaar (gemeente)|Wassenaar]] en later in de kliniek Rhijngeest te [[Oegstgeest]].<ref>Limburgsch Dagblad; 25 mei 1949</ref> Die Hoelen had tijdens de oorlog nauwe banden met [[Reinder Zwolsman]] en de Duitse contraspionage van het [[Sonderkommando Frank]] gehad.<ref>R. Harthoorn, Vuile oorlog in Den Haag. Van Gruting, 2011</ref> Tijdens de rechtszaak stelde Visser dat hij overleg met minister van Justitie [[Johannes Henricus van Maarseveen]] had gepleegd. Van Maarseveen heeft geweigerd voor de rechtbank een getuigenverklaring af te leggen, maar deed dat wel achter gesloten deuren.<ref>Het Binnenhof; 14 december 1949</ref><ref>De Waarheid; 15 december 1949</ref>