Irma la Douce (film): verschil tussen versies

Verwijderde inhoud Toegevoegde inhoud
RedBot (overleg | bijdragen)
k r2.7.2) (Robot: toegevoegd: hu, gewijzigd: fa, pt, sv
JurriaanH (overleg | bijdragen)
k Typo, typos fixed: Citroen → Citroën, burgelijk → burgerlijk met AWB
Regel 74:
 
==Scenario==
Samen met zijn vaste scenarioschrijver I.A.L. "Izzy" Diamond werkte Wilder aan een filmscenario dat was gebaseerd op de Franse musical "Irma La Douce" uit 1956. Wilder was echter geen liefhebber van een musicalverfilming met al zijn liedjes en dansjes en zocht hiervoor een oplossing. Uiteindelijk kwam Diamond met het idee om de liedjes te vervangen door louter melodietjes en die op de achtergrond te houden. Het oorspronkelijke verhaal werd ook aangepast en hoofdpersonage Nestor Le Fripé, verandert van een arme rechtenstudent in de onkreukbare, maar naïeve politieagent Nestor Patou. Wilder en Diamond handhaafden het verhaal van Nestor die verliefd wordt op Irma en een rijke man verzint om haar uit de prostitutie te houden. Maar zij voegden er de satirische elementen aan toe die veel van Wilders films kenmerken. Zoals in ''The Apartment'' al de draak werd gestoken met de hypocresie van de burgelijkeburgerlijke maatschappij, zo wordt in ''Irma La Douce'' de maatschappij aangevallen die prostitutie veroordeelt, maar zelf zo corrupt is om het allemaal oogluikend toe te staan. De manier waarop de naïeve Patou zijn baan verliest omdat hij juist niet omkoopbaar is, is typisch Wilder.
 
==Casting==
Regel 80:
 
==Productie==
Met een budget van 5 miljoen dollar werd er tussen oktober 1962 en februari 1963 gefilmd. Shirley MacLaine en Jack Lemmon had als voorbereiding voor hun rol gesprekken gevoerd met een echte prostituee uit Parijs "Marguerite" genaamd. De film werd grotendeels opgenomen in de Sam Goldwynstudio in Los Angels. De vaste decorontwerper van Wilder [[Alexander Trauner]] bouwde de straten van Parijs na op een gigantische set in de studio. Het geheel bestond uit de Rue Casanova en drie andere straten met achtenveertig gebouwen. De set kostte 350.000 dollar en de bouw nam drie maanden in beslag. Voor de verdere buitenlocaties werden opnames gemaakt in Parijs. Er werd gebruik gemaakt van een aantal auto's die steeds weer over de studiostraten rijden: een Renault Dauphine, een CitroenCitroën 2CV en een of twee Peugeot Sedan. De opnames waarbij Jack Lemmon zogenaamd verdrinkt, werden opgenomen in Parijs. De Seine was aangewezen als de 'plek des onheils' maar de rivier was indertijd zwaar vervuild. Lemmon werd ingeënt tegen tetanus en andere ziektes voordat hij het water in mocht.
 
==Muziek==
De volgende composities van André Previn zijn te horen:
*"Main Title" 2:14
*"Meet Irma" 1:42
*"This Is the Story" 3:16
*"Nestor the Honest Policeman" 1:54
*"Our Language of Love" 2:04
*"Don't Take All Night" 5:43
*"The Market" 6:28
*"Easy Living the Hard Way" 3:16
*"Escape" 2:13
*"Wedding Ring" 1:35
*"The Return of Lord X" 1:24
*"In the Tub with Fieldglasses" 2:27
*"Goodbye Lord X" 3:17
*"I'm Sorry Irma" 1:38
*"Juke Box: Let's Pretend Love" 3:07
*"Juke Box: Look Again" 2:16
*"But That's Another Story" 0:38
 
Het enige liedje uit de oorspronkelijke musical dat echt wordt gezongen in de film is "Dis-Donc" dat Shirley MacLaine zingt terwijl ze op de tafel danst.
Regel 141:
 
==Bronnen==
*Billy Horton "Billy Wilder Interviews" (Conversations with Filmmakers Series), 2002
*Charlotte Chandler, "Nobody's perfect: Billy Wilder: a personal biography", 2002.
*Jan-Christopher Horak, "The Films of Billy Wilder" 2003
*Don Widener "Lemmon: A Biography", 1980
*Joe Baltake, "Jack Lemmon: His Films and Career", 1986.
*Michael Freedland, "Jack Lemmon", 1985
*Christopher Paul Denis, "The Films of Shirley MacLaine", 1982