Schipper: verschil tussen versies

Verwijderde inhoud Toegevoegde inhoud
Ronn (overleg | bijdragen)
k sergeanten-majoors > sergeant-majoors of sergeanten-majoor
JBvdZee (overleg | bijdragen)
Artikele aangevuld.
Regel 1:
DeEen '''schipper''' is degene,een beroep die de [[kennis]], kunde, [[ervaring]] en, [[Diploma|diploma's]] en [[Rijnpatent|vaarpatenten]] bezit om als [[Gezagvoerder|gezagvoerder]] van een schip te mogen optreden.
 
==Zeevaart==
De schepen van de [[Vereenigde Oostindische Compagnie]] (VOC) hadden een schipper aan boord, die de leiding had over de zeelieden en verantwoordelijk was voor het zeilen van het schip. Het hoogste gezag berustte bij een koopman, afgevaardigde van de ''[[Heren XVII|Heren Seventien]]'', het bestuur van de VOC. Het is hier dat de naam [[Gezagvoerder|''gezagvoerder'']] zijn oorsprong vond.
 
TegenwoordigThans is in de zeevaart de [[kapiteinKapitein (schip)|kapitein]] de gezagvoerder van een handelsvaartuig.
 
OokTevens in de hedendaagse [[Koninklijke Marine]] bestaat nog steeds de aanspreektitel ''schipper''. Deze titel is voorbehouden aan sergeanten-majoorsergeantenmajoor van de nautische dienst. Voor onderofficieren nautische dienst met de rang Adjudantadjudant-Onderofficieronderofficier, (zie de [[Lijstlijst van militaire rangen van de Nederlandse Krijgsmacht]]), wordt de titel Opperschipper gebruikt.
 
Bij zeilraces op zee spreekt men de gezagvoerder van een groot zeiljacht ook aan met schipper of "skipper".
 
==Zeevisserij==
De gezagvoerders van de vissersschepen die deelnemen aan de grote visserij ter zee en op de oceanen worden nog steeds schipper genoemd, zelfs al zijn de schepen intussen immens groot van omvang, capaciteit en bemanning geworden. De gezagvoerders echter van de schepen die eertijds deel uitmaakten van de kustdorpen - welke schepen dan behoorden tot de vloot van pinken en bomschuiten - werden stuurman genoemd. OmdatDit omdat in geval van een schipper als gezagvoerder diens tweede man werd bestempeld als [[stuurman]], koos men in het geval van een stuurman als gezagvoerder - zoals bij de bomschuit - voor de benaming stuurmansmaat waar het zijn tweede man betrof.
 
Bij de toenmalige [[vleetvisserij]] op [[haringHaring (visdier)|haring]], een honderden jaren oude vorm van Noordzeevisserij die tegen 1970 haar einde vond, moest een schipper van een vissersvaartuig, naast de zorgen voor het schip en voor de vangsten, evenzeer persoonlijk zorg dragen voor het aanwerven van zijn aankomende bemanning. Deze diende daarbij te monsteren voor de duur van een [[teeltTeelt (periode)|teelt]].
 
==Binnenvaart==
De gezagvoerder aan boord van een [[Binnenschip|binnenschipbinnenvaartschip]] is degene, die verantwoordelijk is voor de veilige vaart. In de praktijk is dat altijd een kapitein of schipper. In de continuvaart varen dus meerdere kapiteins of schippers aan boord, waarvan er op een bepaald moment altijd maar één als de gezagvoerder optreedt.
 
Op [[Passagiersschip|passagiersschepen]] en grotere [[Veerboot|veerboten]] spreekt men meestal van een ''kapitein'',; op kleinere veerboten van een ''veerman''. Op de overige schepen meestal van een '' schipper'' of een ''binnenschipper''.
 
Een vervanger is de ''aflosschipper'' of ''aflosser''. De onder elkaar gebezigde aanspreektitel is van oudsher: ''buurman'' of ''buurvrouw''.
 
De schipper in de [[Binnenvaart|binnenvaart]] is ook dikwijls de eigenaar van het binnenschip.
 
{{DEFAULTSORT:Schipper}}
[[Categorie:Beroep]]
[[Categorie:Scheepvaart]]