Koninkrijk Juda: verschil tussen versies

Verwijderde inhoud Toegevoegde inhoud
Geen bewerkingssamenvatting
Regel 16:
Het koninkrijk Juda beleefde hierdoor een moeilijke periode van ongeveer anderhalve eeuw, waarin het feitelijk een [[vazalstaat]] van Assyrië was. Koning [[Achaz]] moest schriftelijk afstand doen van de onafhankelijkheid van zijn volk en erkende de goden van zijn meesters, de Assyriërs.
 
In [[701 v.Chr.]], in de tijd van [[Hizkia]], verwoestteviel de [[SanheribAssyrië|Sanherib de VerschrikkelijkeAssyrische]] de stadkoning [[BersebaSanherib]] door brandstichting en viel in dat jaar Juda binnen: "''Waten Hizkia de Jood aangaat,verwoestte hij onderwierpde zich niet aan mij, ik belegerde 46 van zijn versterkte steden, ommuurde vestingen en talloze dorpen en overmeesterde ze door aangestampte taluds en stormrammen, voetvolkaanvallen, mijnen, stootblokken, alsook sappeurswerk... Hemzelf maakte ik tot gevangene in Jeruzalem, in zijn koninklijke residentie, als een vogel in een kooi''" (vertaling van Sanheribs annalen naar ''Ancient Near Eastern Texts''). De beslissende slag had plaats instad [[Lachis]]. Muurreliëfs in het paleis van Sanherib in [[Ninive]] tonen Sanherib terwijl hij toeziet vanaf zijn ivoren troon op 300 m afstand (een goede boogscheut verwijderd) toekijkt op de verwoesting van de stad. Sanherib belegerde ook Jeruzalem:
 
"''Wat Hizkia de Jood aangaat, hij onderwierp zich niet aan mij, ik belegerde 46 van zijn versterkte steden, ommuurde vestingen en talloze dorpen en overmeesterde ze door aangestampte taluds en stormrammen, voetvolkaanvallen, mijnen, stootblokken, alsook sappeurswerk... Hemzelf maakte ik tot gevangene in Jeruzalem, in zijn koninklijke residentie, als een vogel in een kooi''" (vertaling van Sanheribs annalen naar ''Ancient Near Eastern Texts'').
Daterend uit 700 zijn er juist buiten de Sionpoort in Jeruzalem overal resten van [[Koninkrijk Israël|Israëlische]] huizen op vaste grond gebouwd. Er was blijkbaar in korte tijd een bevolkingstoeloop na de Assyrische inval in Juda, aldus dr. Magen Broshi.
 
Het lukte Sanherib echter niet om Jeruzalem in te nemen en uiteindelijk nam hij genoegen met de schatting die Hizkia hem had aangeboden en keerde terug naar Nineve.
In [[640 v.Chr.]] onder koning [[Josia]] kwamen er belangrijke godsdiensthervormingen. En Juda herwon zijn onafhankelijkheid na de dood van [[Assurbanipal]] en kreeg zelfs greep op [[Samaria (regio)|Samaria]], een provincie van [[Assyrië]].
 
In [[640 v.Chr.]] onder koning [[Josia]] kwamen er belangrijke godsdiensthervormingen. En Juda herwon zijn onafhankelijkheid van [[Assyrië]] na de dood van [[Assurbanipal]] en kreeg zelfs greep op [[Samaria (regio)|Samaria]], een provincie van [[Assyrië]].
In [[609 v.Chr.]] probeerde Josia het oprukkend Egyptisch hulpleger voor Assyrië te stoppen, maar verloor en hij sneuvelde in deze slag bij [[Megiddo (stad)|Megiddo]]. Dit betekende het einde van Juda's onafhankelijkheid.
 
In [[609 v.Chr.]] probeerde Josia het oprukkend EgyptischEgyptische hulpleger voor Assyrië te stoppen, maar verloor en hij sneuvelde in dezeeen slagveldslag bij de [[Megiddo (stad)|Megiddo]]. Dit betekende het einde van Juda's onafhankelijkheid.
 
In [[597 v.Chr.]] kwam plaatsvervangend koning [[Zedekia]] (Willibrordvertaling: Sidkia) in opstand tegen Babylon.
Daarop viel [[Nebukadnezar II]] van Babylon [[koninkrijk Juda|Juda]] binnen.
 
In [[586 v.Chr.]] werd Juda veroverd door Nebuzar-adan, die kapitein was in het leger van koning [[Nebukadnezar II|Nebukadnezar]] en hij voerde een aantal inwoners onder [[Babylonische ballingschap]] mee. Dit gebeurde toen hij Jeruzalem voor de tweede keer bezette. De eerste keer had Nebukadnezar al eens orde op zaken gesteld en een einde gemaakt aan het koningschap van de al te jonge Koning [[Jojachin]]. Die was toen uit zijn functie ontzet en vervangen door Zedekia. Maar ook die bleek niet in staat eenheid onder de Israëlieten en Joden te bewaren en bij de tweede bezetting maakte Nebukadnezar definitief een einde aan het hele zelfstandig voortbestaan van Juda. De [[Babyloniërs|Babylonische soldaten]] verwoestten de [[Joodse Tempel#Eerste tempel|tempel van Jeruzalem]] met buitensporig geweld, en een deel van de bevolking, waaronder vooral de religieuze en politieke leiders en vooraanstaanden, werd met de strafexpeditie meegevoerd en lange tijd in ballingschap gehouden.