7
bewerkingen
In 1639 tekende Rembrandt een koopcontract waarin de betaling voor de koop van het huis in de Breestraat was geregeld. De koopsom bedroeg dertienduizend gulden, een groot bedrag, dat Rembrandt niet ineens op tafel kon leggen. Hij mocht echter in termijnen afbetalen. Dit lukte echter niet. Na zijn faillissement werd het in 1658 geveild en voor elfduizend gulden verkocht.
Het pand is in de jaren 1660/62 opgevijzeld en in tweeën gesplitst. Het zou tot het eind van de negentiende eeuw als woonhuis voor verschillende gezinnen dienst doen. In die tijd is het huis nog enkele malen verbouwd en de staat ervan verslechterde met de tijd. Het huis zou misschien gesloopt zijn als het niet zo’n beroemde bewoner had gehad. Naar aanleiding van de Rembrandt-tentoonstelling van 1906 werd actie ondernomen. De gemeente Amsterdam kocht het bouwvallige pand aan en droeg het niet lang daarna over aan de in 1907 opgerichte
Aan het begin van de [[20e eeuw]] verkeerde het in slechte staat, en naar aanleiding van de Rembrandt-tentoonstelling van 1906 werd het in [[1907]] aangekocht door de gemeente Amsterdam die het schonk aan de stichting Het Rembrandthuis.<ref name="parool.nl">[http://www.parool.nl/parool/nl/12/CULTUUR/article/detail/2443975/2011/06/10/Rembrandthuis-viert-100ste-verjaardag.dhtml Rembrandthuis viert 100ste verjaardag], ''[[Het Parool]]'', 10 juni 2011</ref> Op 28 maart [[1907]] kwam het in het bezit van de stichting Het Rembrandthuis.{{feit||2011|06|10}} Tussen 1907 en 1911 werd het huis gerestaureerd door [[Karel de Bazel]]. Het museum werd op [[10 juni]] [[1911]] geopend. [[Wilhelmina der Nederlanden|Koningin Wilhelmina]] en [[Hendrik van Mecklenburg-Schwerin|prins Hendrik]] waren de eerste bezoekers.<ref name="parool.nl"/> Op 28 maart [[2007]] werd het eeuwfeest gevierd. Museum het Rembrandthuis dankt zijn oprichting aan een initiatief van de kunstschilder [[Jozef Israëls]].{{feit||2011|06|10}}
|
bewerkingen