Gosen (Bijbel): verschil tussen versies

Verwijderde inhoud Toegevoegde inhoud
Luckas-bot (overleg | bijdragen)
k r2.7.1) (Robot: toegevoegd: la:Gessen (regio historica)
rare volgorde
Regel 1:
[[Afbeelding:Gosen.jpg|thumb|Satellietbeelden van Egypte, met een globale afkadering van Gosen]]'''Gosen''' ([[Hebreeuws]]: ''Goshen'') was een historische [[nederzetting]] in het [[Oude Egypte]], die in de [[Hebreeuwse Bijbel]] wordt genoemd als de plek waar de nakomelingen van [[Jakob (aartsvader)|Jakob]], als dank voor [[Jozef (zoon van Jakob)|Jozefs]] inspanningen van de [[farao]], zich 215 jaar lang mochten vestigen.
 
Het voormalige Gosen strekt zich over het gebied tussen het oosten van de [[Nijldelta]] en het tegenwoordige [[Suezkanaal]]. Nadat Jozef zich, ten tijde van het bewind van een van de [[Hyksos]]-farao's, had opgewerkt tot [[onderkoning]] van Egypte, nodigde hij zijn vader JacobJakob en zijn [[broer]]s [[LeviRuben (Hebreeuwsezoon Bijbelvan Jakob)|LeviRuben]], [[Simeon (zoon van Jakob)|Simeon]], [[Levi (Hebreeuwse Bijbel)|Levi]], [[Juda (zoon van Jakob)|Juda]], [[Dan (persoon)|Dan]], [[Naftali]], [[Gad]], [[Aser (persoon)|Aser]], [[RubenIssachar]], [[IssacharZebulon]], en [[Benjamin (zoon van Jakob)|Benjamin]] en [[Zebulon]] uit om in Gosen te komen wonen. De mannen stemden in en stichtten er een nederzetting. Eeuwenlang kon het volk van Jacob er zorgeloos blijven wonen, maar op een gegeven moment kwam de macht in Egypte in handen van een [[farao]], wiens naam niet bekend is, die de Joden als een gevaar zag voor zijn land. Als zij immers zouden samenzweren met buitenlandse legers, dan zouden zij een serieus gevaar voor de Egyptenaren vormen. Om die reden werd er een geboortestop in Gosen doorgevoerd. Alle jongens zouden net na hun geboorte worden gedood. De volwassenen werden als [[slavernij|slaven]] behandeld, en waren daarom in Gosen niet meer veilig. Mozes was één van die afstammelingen van Jacob, maar werd direct na zijn geboorte te [[vondeling]] gelegd en kwam terecht als het adoptiekindje van [[Bithiah]], een dochter van de farao. Toen hij er rond zijn veertigste achter kwam dat hij ook een jood was, en dat zijn eigen volk geheel als slaaf werd gebruikt, kwam Mozes in opstand. In opdracht van [[JHWH]] nam hij het volk van Gosen mee terug naar [[Kanaän (gebied)|Kanaän]] (het huidige [[Israël]]), en vanaf dat moment was de nederzetting verdwenen. Uiteindelijk heeft de bewoning van Gosen door de Israëlieten 215 jaar geduurd.
 
==Citaten met betrekking tot Gosen==