Veteranenmedaille: verschil tussen versies

Verwijderde inhoud Toegevoegde inhoud
Robert Prummel (overleg | bijdragen)
Robert Prummel (overleg | bijdragen)
Regel 19:
 
Aan de medaille was een eresoldij verbonden. Een gedecoreerde onderofficier ontving dagelijks 16 in plaats van 11 sous. Een soldaat ontving 10 sous in plaats van de gebruikelijke 6 sous. Omdat deze soldij in beginsel erg laag was was de aanvulling meer dan welkom.
[[File:Veteranenmedailles van Frankrijk Koninkrijk en revolutietijdperk.jpg|right|150px|Medailles uit het koninkrijk en uit de Eerste Republiek]]
 
Het ceremonieel van de uitreiking van de Veteranenmedaille begon met het uitreiken van het brevet door de commandant van het regiment of de oorlogsbodem waar de jubilerende militair dienst deed. Pas na de overhandiging van het door de Minister van Oorlog getekende document mocht de militair voor de tweede of derde maal de eed van trouw aan de koning afleggen. De militair die met de Veteranenmedaille werd onderscheiden moest ook zweren nooit in andere krijgsdienst te treden. In de 18e eeuw maakten de legers nog op grote schaal gebruik van in het buitenland geronselde en soms van een Duitse duodecimovorst gekochte soldaten. Het patriottische nationale leger is de vrucht van de Franse revolutie en de in 1790 voor het eerst in Frankrijk ingestelde algemene dienstplicht.