Grote of Sint-Maartenskerk (Zaltbommel): verschil tussen versies

Verwijderde inhoud Toegevoegde inhoud
Pompidom (overleg | bijdragen)
Copyvio http://sint-maartenskerkzaltbommel.blogspot.com/2011/01/zaltbommelse-sint-maartenskerk-vijf.html
Hns123 (overleg | bijdragen)
Geen bewerkingssamenvatting
Regel 142:
[[Categorie:Bouwwerk in Zaltbommel|Grote of Sint-Maartenskerk]]
[[Categorie:Rijksmonument in Gelderland]]
 
 
==De torenspits==
 
het Kerkportret
 
In de Zaltbommelse Sint-Maartenskerk hangt een schilderij waarop de kerk in al haar glorie staat, inclusief de eerste spits. Of de spits, in gotische stijl, er inderdaad zo heeft uitgezien weten we niet. Het schilderij, bekend als het Kerkportret, is namelijk geruime tijd na een blikseminslag waarbij de torenspits afbrandde, geschilderd. Waarschijnlijk in 1562. Men meent dit jaartal op het schilderij ontdekt te hebben in de halfronde blinde nis in de middelste travee van het knekelhuis. We nemen dit voorlopig voor waar aan.
 
Voor dit artikel is het jaartal niet belangrijk. Wel van belang is wat onder het schilderij te lezen staat. Het is van later datum en is een jaarrijm in het Latijn. 
 
 
 
 
HaeC habVIt tUrrIs fastIgIa fULMIne fLagrans,
CorrVIt aC toto VertICe nUda stetIt
 
 
 
Door de er op voorkomende Romeinse hoofdletters bij elkaar op te tellen komt men aan het jaartal 1538, het jaar dat de spits zou zijn afgebrand. Dit jaarrijm ook wel chronogram of chronologicon genoemd, is van de hand van Jan Aertszn. de Bije (1554-1625). Er is een vertaling van dit jaarijm:
"Voordat het bLIXeMs VUUr zIIn hooChte stak In brand, Soo stond dIt sChoone spIts hIer praChtICh opgepLant."
 
blikseminslag in 1538
 
Op Hemelvaartsdag 1538 wordt de kerk door blikseminslag getroffen. We kunnen dit lezen in de kroniek van Jan de Bije. De torenspits is zo goed als zeker niet in 1538 afgebrand, maar in 1546. Doordat het onweer uit het zuidwesten kwam wordt het kerkgebouw getroffen door vallende brokstukken.
 
nieuwe spits
 
Dan krijgt de toren een nieuwe spits. Waarschijnlijk na 1560. Op de ongeveer uit dat jaar daterende plattegrond van de stad van Jacob van Deventer zien we de toren nog zonder spits. Op diverse afbeeldingen van na 1560 zien we een spits in renaissance stijl.
Op het Kerkportret, dat mogelijk in 1562 werd voltooid, zien we een spits in gotische stijl. Dit zal een interpretatie zijn van hoe deze er voor 1546 heeft uitgezien.
 
 
blikseminslag in 1696
 
De tweede spits is een langer leven dan de eerste, maar in 1696 wordt ook deze door bliksem getroffen. Van deze gebeurtenis bestaan verschillende verhalen. In tegenstelling tot het gebeuren in 1538 komen deze toch wel op hetzelfde neer. Een Rotterdamse dominee maakt er een geromantiseerd verhaal van.
 
"Ao 1696 op sondagh den 26 Julij is hier
te bommel na de eerste predekasi door
donder en blixsem den brant in den appel
van de grotte toren geslagen dat men na
de tweede predekasi savons ten 6 uren
eerst gewaer wiert en rackte in lichten
brant waer door den appel en haen van boven
neder quaem de grotte metale klock slogt
noch 9 uren in den brant hangenden en viel
eve na den lesten slagh neer was toe
gebogen door de hette en den val en een
gedelte gesmolten alle balkens en houtwerck
dat in den toren was boven het verwulf
vande klocke daer men meeij luijt brande
schon uijt allen door godts goet heijt
wiert het vier inden toren gehouden als
in een hert (haard) of schorsteen en eijnde lijck door
de hulip van borgers tver brande hout noch
uijt gegooten soo dat muerwerck is blijven staen."
 
 
geen derde spits
 
In 1698 wordt er een nieuwe luidklok in de toren gehangen, maar er komt geen nieuwe spits. De Groot meldt op blz. 253 dat in het resolutieboek van de stad op 15 juli 1708 het volgende te lezen staat: "wordt besloten de noodige reparaties aan het koor der kerk te doen verrichten als mede om het maken van een nieuwe spits op den grooten toren, waarvan de modellen en bestekken zijn ingekomen, uit te stellen wegens het vergevorderde zomerseizoen."
Van dit uitstel zou afstel komen. De spits werd tot nu niet herbouwd.
 
bliksemafleider
 
In de vergadering van de kerkvoogdij d.d. 30-4-1898 komt een circulaire van de algemene synodale commissie der Nederlandshervormde Kerk ter sprake. Hierin wordt de vraag gesteld of de kerktoren voorzien is van een bliksemafleider. Aan de commissie wordt gemeld dat de toren, eigendom van de burgerlijke gemeente, inderdaad van een bliksemafleider is voorzien. Deze wordt jaarlijks nagekeken. In 1855 heeft men al vergaderd over de vraag om het bovengedeelte van de kerk van een of twee draagbare brandspuiten te voorzien. Misschien is het aanbrengen van een "afleijder" doelmatiger en minder kostbaar. Het aanbrengen van een bliksemafleider gaat niet door. In 1912 ontstaat er onenigheid, omdat iemand namens de burgerlijke gemeente op het terrein van de kerk is gekomen om de bliksemafleider in een in de grond geslagen buis te brengen. Voor het slaan van deze buis had de kerkvoogdij geen toestemming gegeven.
 
 
blikseminslag in 2002
 
Op 18 juni 2002 wordt de toren weer door bliksem getroffen. Een pinakel aan de zuidoost-zijde wordt geraakt. Weliswaar heeft de bliksemafleider zijn werk goed gedaan, maar niet tegenstaande dat, is de pumeel (het uiteinde van de pinakel) naar beneden gevallen. Het brok natuursteen van ongeveer 50 cm is aanvankelijk op een balustraderand gevallen en vervolgens in twee stukken naar beneden gekomen. Zowel het noordelijk als het zuidelijk dakvlak worden getroffen door de brokstukken. Het zuidelijk wordt zo ernstig geraakt dat naast kapotte leien ook het dakbeschot een gat opgeloopt. Het noordelijk dakvlak heeft alleen schade aan een aantal leien. De volgende dag herstelt de aannemer de schade. De verzekering dekt de schade. De pumeel is enige tijd later bij de restauratie van de koorkap in 2004 opnieuw aangebracht.
 
De dag na het onweer blijkt dat door de inductie van de inslag veel elektronische apparaten in de kerk niet meer werkten. Zo is de automatische verbinding met de brandweermeldkamer in Nijmegen verbroken, blijkt de floodlightinstallatie ontregeld en is de synchronisatie van het uurwerk kapot. Dit soort schadeposten waren de kerkmeesters van eeuwen terug onbekend.
 
 
vijf blikseminslagen
 
Samenvattend kunnen we stellen dat de Sint-Maartenskerk in 1538, 1545, 1546, 1696 en 2002 door blikseminslag is getroffen.
 
 
bronnen
 
Bronnen voor zover niet vermeld in de tekst.
 
Ongedrukte bronnen:
Bisschoppelijk Archief te ’s-Hertogenbosch
         Kerkrekeningen van Zaltbommel 1534-1548.
Streekarchief Bommelerwaard te Zaltbommel
         Oud-Archief van de Gemeente Zaltbommel inv. Nr. 1158.
Archief van de Hervormde Gemeente Zaltbommel inv. Nr. 800,805 en 806.
Gedrukte bronnen en literatuur:
Anoniem,….dreef de torenspits van Bommel in Sint Maarten Bulletin nr. 13.
D.W.van Dam, Een rekening der Sint-Maartenskerk te Zaltbommel. Bijdragen en Mededelingen der Vereniging “Gelre”, 1921.
P.N.van Doorninck, Schatting van de Lande van Gelre voor het Overkwartier en de Betuwe van 1369, naar het oorspronkelijk handschrift in het Staatsarchief te Dusseldorp, Haarlem 1903.
A.M.Frenken, Bommelensia, Archief van de Katholieke Kerk in Nederland, 8e jaargang, afd. 1, 1966.
J.H.de Groot, Zaltbommel, Stad en Waard door de eeuwen heen. Zaltbommel 1979 o.a. blz. 57 ,67 ,86 ,123 en 470.
Dr.H.J.Haslinghuis en Dr.ing.H.Janse, Bouwkundige termen, verklarend woordenboek van de Westerse architectuur- en bouwhistorie, Leiden 1997.
Historische Kring Bemmel, Genealogie van Ambrosius de Bije, 2008.
W.R.de Jong, Geschiedenis van het Bisdom Utrecht in de Middeleeuwen, Utrecht 1926.
N.C.Kist en H.J.Royaards ,Nieuw Archief Kerkelijke Geschiedenis deel II , Leyden 1854 .
H.Sanders, Blikseminslag, Nieuwsbrief door en voor de vrijwillige medewerkers van de Stichting Sint Maarten te Zaltbommel, nr. 0, juli 2002.
A.G.Schulte, Het 16e eeuwse “Kerkportret” van de St.-Maartenskerk in Sint Maarten Bulletin nr.3.